Notaris Swam registreerde op 19 mei 1826 een testament. Daarvoor bevond hij zich in huis no. 51 op het erve Roelofs genaamd in de buurtschap Aane. Daar woonde Jan Willink die weliswaar lichamelijk ziek was, maar verder gezond van geest. Jan zat op een stoel in de hoek van de haard in de keuken van het woonhuis, uitziende met twee vensterramen op de tuin. Jan legateerde al zijn na te laten goederen aan zijn broer en schoonzus Hermannus Willink en echtgenote Gezina Schuldink die bij hem inwoonden (aktenr. 157, scan 43). De ongehuwde Jan Willink zou overigens pas op 17 juni 1869, dus 63 jaar later, overlijden.