Op 15 juli 1770 maakte Jan Plaggemars, woonachtig bij Jan Bouwhuijs ten Velde, bekend dat hij op 17 juni jl. van procureur Marcelis Baerselman heeft aangekocht een katerstede, het Vree genaamd, gelegen aan den Loserdijk, voor 850 gulden.

Op 24 april 1797 registreerde schout J.G. Pruim een hypotheekakte op verzoek van Gerrit Lamberts en echtgenote Hermiena Plaggenmars, woonachtig op het Plaggenmars te Loozen. Zij verklaarden 600 guldens schuldig te zijn aan Geert Lamberts te Itterbecke. Als onderpand voor het geleende bedrag en de daarover verschuldigde rente stelden zij hun eigendommelijke katerplaatze, kennelijk gelegen onder Loozen in dit Schoutämpt. Gerrit en Hermiena waren op 3 mei 1793 getrouwd te Hardenberg. Gerrit was afkomstig van de Balderhaar en Hermiena uit Loozen.