Toen, op 20 augustus 1880: failliete bakker opgepakt.

In ‘Het Nieuws van den Dag’ van 21 augustus 1880 werd gemeld:
“Te Zwolle is gisteren gevankelijk binnengebracht B.J.R., vroeger koopman te Hardenberg, tegen wien door de rechtbank een bevel tot gevangenneming was afgegeven, wegens van het als gefailleerd koopman verduisteren van goederen tot zijn boedel behoorende. R. was kort na zijn failliet-verklaring metterwoon naar Duitschland vertrokken, doch is krachtens voornoemd beval van gevangenneming door de Duitsche Regeering uitgeleverd.”

De gevangenneming betrof Berend Jan Ramerman. Hij was op 21 maart 1850 geboren te Stad Hardenberg en in 1875 gehuwd met Elisabeth Zweers. Na haar overlijden hertrouwde hij in 1877 met Harmpje Bos. De bakker, winkelier en tapper ‘bij den Kloosterdijk’ ging in april 1880 failliet. In het archief van de Arrondissementsrechtbank te Zwolle is een dossier bewaard gebleven over de afhandeling van het faillissement.
Toch zou de gevangenschap niet lang duren, want op 19 oktober 1881 liet Ramerman zich uitschrijven uit de bevolkingsregistratie te Stad Hardenberg. Hij vertrok naar Amsterdam en vervolgens stapte hij met zijn gezin op de boot naar het ‘beloofde land’.
Daar, op 18 september 1922, stierf hij in Cleveland, Cuyahoga, Ohio. Drie dagen later werd hij begraven op de Alger begraafplaats aldaar. Op zijn grafsteen stond: ‘Bernard John “Barney” Ramerman’.