Archieven: 2017-03-31

Toen, op 31 maart 1968: slipjacht door de Rheezerbelten.

Foto van een schilderachtig tafereel tijdens de op zaterdag 31 maart 1968 in de bossen rond Hardenberg gehouden slipjacht.

Het Noord-Oosten deed verslag:
“De slipjacht was georganiseerd door de Koninklijke Nederlandse Jachtvereniging. Daarvoor bestond een bijzonder grote belangstelling. Duizenden mensen waren zaterdagmiddag op de been om van dat mooie schouwspel te genieten en toen de jagers, voorafgegaan door haar meute het eerste rustdoel in de Rheezerbelten hadden bereikt, merkten we naast een vrijwel voltallig gemeentebestuur van Hardenberg ook burgemeester jhr. Snouck van Hurgronje met zijn echtgenote uit Dedemsvaart op.

Toen de paarden drijfnat van de volle ren tenslotte weer aan de stalknechten waren toevertrouwd, gebruikte het gezelschap van de jagers een broodmaaltijd in Hotel Nijhoving, waar verschillende goede wensen werden uitgesproken. De hoge gasten waren bijzonder voldaan over de prettige ontvangst, die hun in Hardenberg ten deel was gevallen. ’t Gereden parcours was bijzonder in de smaak gevallen al was de eerste run dwars door de bossen van de Rheezerbelten wel wat erg zwaar geweest”.


Toen, op 28 maart 1919: landarbeidersvereniging opgericht.

0328_landarbeiders

Op 28 maart 1919 werd de ‘Vereeniging tot bevordering van de verkrijging van onroerend goed door landarbeiders’, kortweg de vereniging ‘Het belang van den landarbeider’, opgericht door de gemeente Ambt Hardenberg. In de jaren na de Eerste Wereldoorlog was de werkeloosheid in het oosten van ons land schrikbarend hoog en de levensomstandigheden waren slecht. Daar moest uiteraard wat aan gedaan worden. De vereniging beoogde de werkeloosheid te bestrijden en het erbarmelijke bestaan van de landarbeider te verbeteren. De vereniging stelde zich mede als doel om op basis van de Landarbeiderswet het verkrijgen van ontroerend goed door de landarbeider te bevorderen. Alles werd voortvarend aangepakt.

0328_landarbeiders2
De Hardenbergse schrijver van het boek, oud-onderwijzer Klaas Oosterkamp, heeft een jaar lang alle gegevens over de vereniging, verhalen en foto’s bijeengebracht. Niet alleen uit archieven, maar ook van (voormalige) landarbeiders, hun kinderen, kleinkinderen en andere betrokkenen. Door dit ruim geïllustreerde boekwerk blijft de geschiedenis bewaard voor de volgende generaties. Het boek ‘Van Landarbeidersbelang tot Mecenaat’ is te koop bij boekwinkel Heijink in Hardenberg.

Toen, op 27 maart 1979: sneeuwruimers krijgen gratificatie.

0327_sneeuwruimers
Op de foto zien we de gladheidsbestrijders voor een van de de strooi- en sneeuwruimers.

Op 27 maart 1979 was de helse winter van 1978/1979 echt voorbij. Op die dag werd deze foto gemaakt. De sneeuwruimers, 34 mannen die gedurende de strenge winter, dag en nacht paraat waren om de wegen in de gemeente Hardenberg begaanbaar te houden, kregen die middag in het gemeentehuis een blijk van waardering. Dat gebeurde door middel van een gratificatie en een dankwoord van burgemeester Van Splunder, namens het college van B&W dat voltallig aanwezig was.

‘Toen de winter inviel, was het duidelijk dat er voor u extra werk zou komen. We hebben toen al afgesproken om allen na afloop in het zonnetje te zetten. De zon is er vandaag niet, maar een volgende keer zullen we dat maar eens met de weerkundige Pelleboer regelen. U hebt allemaal veel moeten doen en eigenlijk bent u niet speciaal ingehuurd voor het sneeuwruimen. Bij de vacature is het geen vereiste dat u een goed sneeuwruimer moet zijn’, aldus de burgemeester. ‘Bij alles wat u doet, doet u het werk goed. We krijgen van buiten wel eens het compliment dat onze gemeente er zo netjes uitziet. Maar ook bij strenge winters bent u snel paraat als het glad wordt. Datzelfde geldt ook voor de politie, die constant paraat is’, aldus de burgemeester.

0327_sneeuwruimers2

Volgens www.mijnstadmijndorp.nl en diverse reacties op facebook zien we de volgende personen:
01= Berend Jonkhans; 02= Gerard Meijer; 03= Gerhard Lennips; 04= Hermannes Hofsink; 05= Herman Huisjes; 06= Egbert Meijerink; 07= Herman Spijker; 08= Roelof Meulenkamp.
09= Jan Eggengoor; 10= Gerrit Jan Telman; 11= Klaas Pullen; 12= Gerrit Wieten; 13= Berend Merjenburgh; 14= Freek Snijders; 15= Gerard Ranter; 16= Wim Withaar; 17= Jan Geerlings; 18= Gerrit Jan Boerman; 19= Geert Bloemink; 20= Lambert Fransen; 21= ?; 22= Gerrit Jan Lenters; 23= Jelle Mensonides; 24 = Roelof Lenters; 25= Hendrik Schuldink; 26= Lou Bos; 27= Gerard Ruiterkamp; 28= Bennie Bannink; 29= Jan Waterink; 30= dhr. Nieborg (onderdirecteur).
Nummer 21 is waarschijnlijk Braakhekke (kantoorpersoneel). Op de bovenste foto zie je hem op de achterste rij in het midden (op de achtergrond de balkons van de Spinde).


Toen, op 26 maart 1926: over ‘de dominee-met-de-zweep’

Op 26 maart 1926 stond de gereformeerde predikant S.J. Vogelaar uit Heemse terecht. De krant ‘Voorwaarts: sociaal-democratisch dagblad’ gaf daags erna een uitvoerig verslag van hetgeen behandeld was op de rechtszitting:
http://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010211701:mpeg21:a0032

Dezelfde krant meldde daags na de uitspraak op 10 april:
“De dominee-met-de-zweep tot een geldboete veroordeeld. De Utrechtsche rechtbank deed vrijdag uitspraak in de geruchtmakende zaak van het opvoedingsgesticht De Glindhorst, waarvoor op 26 maart jl. heeft terecht gestaan dr. S.J. Vogelaar, oud 61 jaar, gereformeerd predikant te Heemse (gemeente Ambt Hardenberg), vroeger directeur van De Glindhorst, beklaagd van mishandeling subs. uitlokking daarvan, subs. wederrechtelijke vrijheidsbeneming, subs. uitlokking daarvan en mishandeling. Geldboete 500 gulden”.

De strafeis van het Openbaar Ministerie luidde een maand gevangenisstraf. Het proces tegen ds. Vogelaar bracht ontstellende staaltjes van onderlinge ontucht der verpleegden en mishandelingen door pleegvaders en directeur aan het licht. De predikant, die niet verschenen was, werd met gedeeltelijke vrijspraak van het hem ten laste gelegde, schuldig bevonden aan het veroorzaken van opzettelijke mishandeling door misbruik van gezag en aan twee mishandelingen en veroordeeld tot een geldboete van 500 gulden subsidiair 50 dagen gevangenisstraf.

Ds. S.J. Vogelaar overleed op Eerste Kerstdag 1928 te Heemse aan de gevolgen van een hartverlamming. Hij had die dag nog twee keer gepreekt. Hij werd slechts 64 jaar oud.
Geboren 22 januari 1865, werd hij 5 mei 1897 kandidaat. De 22e augustus van dat jaar deed hij zijn intrede in zijn eerste gemeente, Apeldoorn, alwaar hij al spoedig zich met zijn gansche persoon aan zijn herderlijken arbeid gaf. De acht jaar, welke hij in Apeldoorn werkte, deden hem de liefde zijner gemeente verwerven. Maar ook in Groningen, waarheer hij in 1903 vertrok, werd hij een geliefde en bekende figuur. Voor de Groningers is Ds. Vogelaar een stuwkracht geweest, die veel mocht tot stand brengen. 7 mei 1914 ontving hij op eervolle wijze emeritaat: “De Glindhorst” riep hem als directeur. De tien jaren aan deze inrichting verschaften hem zijn grootste bekendheid. 21 september 1924 ging hij naar Heemse. De begrafenis van zijn stoffelijk overschot had plaats op zaterdag om 1 uur, op het kerkhof te Heemse.


Toen, op 24 maart 1861: bijzondere overlijdensakte.

0324_overlijdensakte
Op 24 maart 1861 vond een bijzonder sterfgeval plaats in Lutten. Bij de ambtenaar van de burgerlijke stand werd het overlijden als volgt gemeld:

“Voor de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Ambt Hardenberg zijn verschenen Gerrit Jan Schollink en Lucas Welink, dewelken ons hebben aangegeven dat ten huize van Gerrit Jan Schollink is aangekomen een zieke, rondzwervende, vreemdeling, die volgens een bij hem gevonden kwitantie voor patentregt, afgegeven door de ontvanger te Hellendoorn, over het lopende dienstjaar, genaamd is Bernhard Edeler, oud naar gissing 60 jaren”.