Archieven: 2017-08-30

Foto: station Mariënberg.

stationsgebouw Mariënberg
Stationsgebouw Mariënberg.

Vandaag tonen we u een mooie oude foto van het stationsgebouw te Mariënberg, gemaakt omstreeks 1910. Het gebouw was toen zo’n vijf jaar in gebruik (officieel geopend op 1 februari 1905 toen de exploitatie van de lijn Hardenberg-Zwolle begon).
Het station is gebouwd in opdracht van de NOLS (Noordooster Lokaalspoorweg) die onder andere de spoorlijnen Zwolle-Stadskanaal en Mariënberg-Almelo heeft laten aanleggen, en er tot 1938 de eigenaar van was. Het is, evenals alle andere NOLS-stations, een ontwerp van Eduard Cuypers.


Toen, op 28 augustus 1937: opening boekhandel Snel in Gramsbergen.

0828_Snel_Gramsbergen
Prentbriefkaart, afkomstig uit de collectie van J. Woertel-van der Veen, staat het pand links afgebeeld, met het reclamebord van ‘North State’ op de gevel.

In ‘De Vechtstreek van 28 augustus 1937 lezen we:
“Gramsbergen. Opening Snel’s Boekhandel en Sigarenmagazijn. Heden zaterdagmiddag om 3 uur wordt, blijkens een advertentie in dit nummer, geopend Snel’s Boekhandel en Sigarenmagazijn. Deze zaak is gevestigd in het nieuwe pand aan de Stationsstraat, laatstelijk bewoond door den heer Kwant en voordien lange jaren door wijlen den heer M. Blein. Het oude huis is geheel afgebroken en voor rekening van den heer H.J. Reinders door den aannemer A. Reinders vervangen door een modern zakenpand, bevattende twee woon- en winkelhuizen. Het gedeelte aan de zijde van de Achterstraat is gehuurd door den heer J.E. Snel, die daarin de boekhandel en sigarenmagazijn vestigde. Waar deze zaak in nauwe samenwerking staat met Snel’s Boekhandel en Sigarenmagazijn te Hardenberg, waarvan het velen onzer lezers bekend zal zijn dat zij op beide onderdelen uitstekend gesorteerd is, zal dit ongetwijfeld ook het geval zijn voor de nieuwe zaak in onze plaats”.

Het pand stond, tot voor een aantal jaren geleden, ongeveer tegenover de kerk. Links ervan de Oudestraat (toen Achterstraat). Het pand is inmiddels alweer afgebroken en ter plekke is nieuwbouw gerealiseerd.


Toen, op 27 augustus 1819: boerderijbrand in Den Velde.

0827_boerderijbrand

Op 27 augustus 1819 brandde de boerderij van de familie Janssen in Den Velde tot de grond toe af. De brand was desastreus, want ook alle proviand, vijf koeien en 17 ganzen gingen in vlammen op. Het talrijk gezin was van de een op de andere dag dakloos en als het ware tot de bedelstand geraakt. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de volgende ‘oproep’ werd geplaatst in de Nederlandsche Staatscourant van 2 september:
“Gramsbergen, den 28 augustus. Gisterenavond, ongeveer 11 ure, ontstond ten woonhuize van den bouwman Jan Janssen, in de buurtschap Den Velde ter dezer gemeente, een felle brand die zoodanig de overhand nam dat binnen minder dan een half uur hetzelve woonhuis met een goeden voorraad van koren en hooi, den geheelen inboedel, vijf stuks koebeesten en zeventien ganzen eene prooi der vlammen is geworden.
De vrouw, welke alleen met hare drie kleinste kinderen te huis was (zijnde de man, dekker van beroep, als zoodanig in de buurtschap Aane te werken, de vier andere kinderen des huizes elders dienstbaar en de 80-jarige moeder te Aane voormeld te spinnen), had zich ’s avonds vroegtijdig te ruste begeven, doch werd gewekt door een geluid als van den donder. Zij treedt het bed uit, ziet vuur uit den schoorsteen vallen en wekt daarop hare kinderen; vervolgens de deeldeur open doende, slaat haar de vlam nu ook van daar reeds tegen, waarop zij dezelve weder naar haar toetrekt en met twee bedden en twee lakens naar buiten vlugt, om naar hare kinderen te zien, en eer zij ter verdere redding kon terug keeren, stond ook de keuken reeds in lichte laaije vlam.
In den omtrek van den brand was hoegenaamd geen water te vinden, en men heeft alzoo, ondanks alle verdere pogingen, zoo der brandspuitgasten als der andere aanwezige ingezetenen, dit talrijk en nijver huisgezin eensklaps van het zijne beroofd en in de grootste armoede gedompeld moeten zien, waarin alleen door milddadigheid verlichting zal kunnen worden toegebragt; zullende daartoe dan ook van elders elke gift, zelfs de geringste, dankbaarlijk worden ontvangen ten burele van het gemeentebestuur alhier.”
Volgens onze genealogische database zou dit moeten gaan om de familie Strojans in Den Velde. De ‘oude moeder’ betrof Jennegien Koerts (geb. ca 1734, overleden 08-01-1827 Den Velde), gehuwd met Jan Jansen. Hun zoon Jan Strojans (alias Stroman) was dekker van beroep (1767-1835) en was in 1788 getrouwd met Hendrikjen Jansen Nijsink.


Toen, op 26 augustus 1911: Slagharenaar gedood door de tram.

Het Sallands Volksblad van 1 september 1911:
“Slagharen. ‘Het leven is een damp, de dood wenkt ieder uur’. Dit woord van den Psalmist werd zaterdagavond 26 aug. weer bevestigd toen op de tramlijn Hardenberg-Hoogeveen een treurig ongeluk plaats vond. De arbeider H. Seinen, wonende te Slagharen, raakte aldaar onder de tram. De locomotief greep hem en hij werd geheel verbrijzeld, zoodat de dood onmiddellijk intrad. Men kan zich de ontsteltenis, zoowel van het trampersoneel als die der toeschouwers voorstellen, maar temeer die van het diepbedroefde gezin van den ongelukkige, toen de droeve mare gehoord werd dat Seinen op zo’n noodlottige wijze om het leven was gekomen.

Het verminkte lijk werd naar het kerkhof te Lutten vervoerd, waar het ’s nachts om 3 uur aankwam en in het lijkenhuisje werd gezet. Wat al rampen en ongelukken die door de stoom veroorzaakt worden en vreselijk is het als er dan een menschenleven te betreuren valt, zooals ook hier het geval is. Men zij zooveel mogelijk op zijn hoede en gedenke steeds het woord: Gedenk te sterven.”

Het slachtoffer was Hendrik Seinen. Hij was op 26 december 1864 geboren in Linde en op de dag van het ongeluk dus 46 jaren oud. Hij was in 1897 in Zuidwolde getrouwd met Hendrikje Strijker en samen hadden ze twee kinderen gekregen: Femmigje en Albert. Het navrante is dat het zoontje 10 dagen voor het ongeval van zijn vader was gestorven, op 3-jarige leeftijd. Je zou voorzichtig kunnen concluderen dat de rouwende vader zo afgeleid was dat hij de tram nimmer heeft zien aankomen. Maar de Nieuwe Tilburgsche Courant schreef op 29 augustus:
“De tijdelijke wegwerker aan den straatweg Slagharen-Hoogeveen, de veertigjarige Seinen, die aan doofheid leed, is zaterdagavond, even voorbij Slagharen (Ambt-Hardenberg) bij een bocht in den straatweg door de stoomtram gegrepen en overreden, toen hij juist de rails wilde oversteken. Hij was onmiddellijk een lijk.”

Het Nieuwsblad van het Noorden schreef een dag eerder al:
“Op den Belt in de buurtschap Slagharen, juist op de bocht van den weg, is zaterdagnamiddag ongeveer 4 uur door de stoomtram de wegwerker H. Seinen overreden. De man, die wat doof was, heeft vermoedelijk de tram niet hooren aankomen, werd vreeselijk verminkt en was onmiddellijk een lijk. Hij laat een vrouw met twee kinderen onverzorgd achter.”

De tramlijn Hoogeveen-Slagharen werd met ingang van 1 november 1932 opgeheven voor het personenvervoer. Nog enkele jaren zou het vrachtvervoer gebruik maken van de lijn.


Toen, op 19 augustus 1911: Berend Jan van Laar overleden.

Het Salland’s Volksblad schreef op 25 augustus 1911:
“Lutten. Zaterdag 19 augustus overleed ten huize van H. van Dijk Wz. de welbekende B.J. van Laar, in den gezegenden ouderdom van ruim 92 jaar. Tot op het laatste was hij wel bij kennis en kon hij goed zien, hooren en spreken. Als de grijsaard bij den haard zat en uit zijn jeugd en soldatenleven vertelde, trok zijn sterk geheugen veler aandacht. Zijn veel bewogen leven, rijk aan afwisseling getuigde van veel ervaringen, zoowel van voor- als tegenspoed.

Hij wist veel te vertellen, bijv. hoe Lutten er uitzag voordat nog de Dedemsvaart gegraven was van Sluis 7 tot Sluis 8 te Ane. Ook lag het nog versch in zijn geheugen dat de harde wegen Hardenberg-Dedemsvaart, Lutten-Gramsbergen en Lutten-Coevorden tot stand waren gekomen, waaraan hij zelf nog gewerkt had. Zijn dagelijksche bezigheid bestond in het verrichten van tuinarbeid. Hij was de oudste inwoner van Ambt Hardenberg. Groot waren de voorrechten dat hij op zijn ouden dag genoot, maar dit was wel het grootste: zijn leven was Christus, zijn sterven gewin.”
Berend Jan van Laar was op 15 juli 1820 geboren in de gemeente Zwollerkerspel en in 1849 getrouwd met Grietjen Looberts.

We zijn benieuwd of zijn nazaten (onder andere de aannemersfamilie Van Dijk in Lutten) nog een oude foto van de ‘grijsaard’ bewaren…