Archieven: 2021-09-25

Toen, op 25 september 1913: een weerspannige onderwijzer te Kloosterhaar.

Op 25 september 1913 besloot de gemeenteraad van Ambt Hardenberg, op voordracht van het college, oneervol ontslag te verlenen aan onderwijzer H. Meertens te Kloosterhaar:”Tenslotte deelde de voorzitter mede dat de heer Meertens, onderwijzer aan de openbare lagere school te Kloosterhaar, zich niet naar de voorschriften van het hoofd der school wil voegen. Het hoofd der school heeft bij den arrondissementsschoolopziener een klacht aangaande hem ingediend, inhoudende dat Meertens weigerde aan de kinderen nationale liederen te leeren of toe te laten dat deze door het hoofd der school worden geleerd. Het is niet de eerste keer, merkte de voorzitter op, dat Meertens zich niet naar behooren gedraagt. Het vroegere hoofd der school, de heer Duijtsch, klaagde ook dikwijls over hem. Op 24 en 25 october 1910 gaf hij den kinderen zijner klasse zonder verlof van het gemeentebestuur of het hoofd der school vacantie, als reden daarvoor aanvoerende bij het verhoor in de vergadering van B. en W. van 12 november 1910, dat het te koud was in de school. Toen is hem met nadruk op zijn willekeurige handeling gewezen. Op voorstel van B. en W. werd met algemeene stemmen besloten aan den heer H. Meertens ontslag te verleenen als onderwijzer aan de openbare lagere school te Kloosterhaar, met ingang van den dag volgende op dien, waarop de mededeeling van goedkeuring van het besluit door Ged. Staten bij B. en W. zal zijn ontvangen”.Gedeputeerde Staten van Overijssel stemde vervolgens in met het besluit van de gemeenteraad. Meertens werd de laan uitgestuurd en kon pas enkele maanden later weer – tijdelijk – aan de bak als onderwijzer op een openbare lagere school in Almelo…


Toen, rond 1800: “Om de hitsigheid der teeven te doen ophouden…”

Dit is de bijzondere titel van dit handgeschreven recept dat bewaard is gebleven in de collectie archivalia van de familie Van Riemsdijk:

“Men sluite haar zoodra men waarneemt dat zij hitsig is, aan eene zuivere plaats op, voorzie haar twee malen daags van nieuw drinken en geve haar slechts weinig en geen te voedzaam voeder. Alle morgens wat zure melk en dagelijks, naar evenredigheid der grootte een half of geheel vierendeel loods gezuiverde salpeter. Gaat de hitsigheid der teef hierdoor niet over, zoo moet het volgende middel worden aangewend. Men neemt naar de grootte een half of geheel vierdendeel loods hennepzaad, stampe hetzelve, doe het onder het brood en geeve dat de teef twee malen daags om op te eeten. Aderlaten der honden is ook goed”.


Toen, op 22 september 1921: begraafplaats te Heemse.

Deze advertentie werd geplaatst in het Salland’s Volksblad van 7 oktober 1921:”Bekendmaking. Algemeene begraafplaats. Het gemeentebestuur van Ambt Hardenberg maakt bekend dat bij zijn besluit van 22 sept. 1921 met ingang van 1 januari 1922 is gesloten verklaard de algemeene begraafplaats, gelegen bij de Ned. Herv. Kerk te Heemse en dat op dien datum de nieuw aangelegde algemeene begraafplaats aldaar zal worden opengesteld. In verband hiermede worden de ingezetenen in de gelegenheid gesteld voor den 1en november a.s. ten gemeentehuize aangifte te doen van het aantal graven dat zij op de nieuwe begraafplaats in eigendom wenschen te verkrijgen…”Het is dus al een eeuw geleden dat het oudste deel van het kerkhof bij de Witte of Lambertuskerk in Heemse formeel werd ‘gesloten’. Toch zouden er ook na 1922 nog enkele doden worden begraven of bijgezet, zoals die van de adellijke familie Van Ittersum in hun grafkelder.