Voor mij Antoni van Riemsdijk, keizerlijke notaris,
residerende te Hardenbergh, arrondissement Deventer, departement der Monden van
den IJssel en in tegenwoordigheid van Jannes Scholten, landbouwer wonende te
Rheeze en Hermen Hendrik Timmerman, landbouwer wonende te Diffelen en van Jan
Oldemeijer, insgelijks landbouwer wonende te Rheeze en van Gerrit Jan Veurink,
alsmede landbouwer te Rheeze; alle vier getuigen hiertoe verzogt en hebbende de
vereischten als bij de wet gevorderd, compareerde Jan Hendrik van Welbergen,
landbouwer, wonende te Rheeze in nr. 4, welke zijnde wel ziek van ligchaam,
doch zijnes verstands en oordeel volkomen magtig, zo als aan ons notaris en
getuigen gebleek, aan ons notaris in tegenwoordigheid van opgemelde getuigen
zijn testament heeft opgegeven, in manieren en wegen als wij notaris hetzelve,
overenkomstig zijne opgave hebben geschreven.

Vooreerst legateere ik het genot en vruchtgebruik van alles
wat mij bij mijn overlijden zal toebehooren, aan mijne echtgenoote Regina
Kragt, die ik van het stellen van cautie ontslaa. Ten tweede stelle ik tot
mijnen erfgenaam van alle mijne goederen, mijnen broeder Egbert van Welbergen,
landbouwer in den Veldhoek onder de gemeente Heino, tein einde dezelve na
overlijden van mijne voormelde echtgenoote Regina Kragt voor zo veele en dan
nog van dezelve overige mogten zijn en zij niet ter voorziening in haar
noodzakelijk levensonderhoud noodig mogte gehadt hebben, in vollen eigendom te
erven en te genieten.