Voor ons Antoni van Riemsdijk, keizerlijk notaris
residerende te Hardenbergh, in tegenwoordigheid van den heer Bernardus Beussink
(?), heelmeester en van Frederik Zweers, timmerman, beide woonende ter Steede
Hardenbergh, als hiertoe expresselijk verzochtte getuigen, compareerden Jan
Warmink, landbouwer wonende te Rheeze, en deszelfs huisvrouwe Jennegien Jansen
(die hij tot het passeeren dezer actie bij deze is authoriseerende), zijnde
beide aan ons notaris bekend.
Welke Jan Warmink en vrouwe Jennegien Jansen voormeld bij
deze tegenwoordige acte hebben verkogt, afgestaan en overgedraagen voor eene
summa van koopspenningen ad eenduizend driehonderd en vijfentsestigh francs
ofwel zeshonderd en vijftigh guldens Hollandsch, aan Hermen Timmerman,
landbouwer wonende te Rheeze voorschreven, en deszelfs huisvrouwe Zwaantjen
Scholten, derzelver katersteede genaamd het Everts, gelegen te Rheeze onder nr.
11, bestaand uit deszelfs behuizinge en schuur, mitsgaders den zuidwestwaards
dezelve behuizinge in deszelfs eigen afvreedinge geleegene gaarden ter grootte
van ongeveer (twee-derde morgen) zesenvijftigh ares zevenhonderd en twee en
zeventigh miliares, en zulks wijders met deszelfs rechten en gerechtigheden,
lusten en lasten, speciaal die van eene begraafplaats op het kerkhof te Heemse
en het recht van een vierde whaerdeel in de Markte van Rheeze.