In den jare eenduizend, achthonderd en vijftien, den zevenden
der maand augustus, des voordemiddaags om elf uren is voor ons Antoni van
Riemsdijk, openbaar notaris, resideerende ter Steede Hardenbergh, gemeente
en kanton van dien naam, arrondissement Deventer, provincie Overijssel, deeze
hebbende ondergeteekend en benoemd tot het aanneemen der opbiedingen op de
vaste goederen der nalatenschap van wijlen den heer Fredrik Coenraad Wilhelm
Rathsman, in leven heel- en vroedmeester en vrouwe Willemina Huberts,
in leven vroedvrouwe, beide te Heemse in deze gemeente gedomicilieerd hebbende,
omschreven bij vonnis van de Regtbank ter eerster Instantie, zitting houdende
te Deventer, van den vier en twintigsten junij des jaars eenduizend achthonderd
en twaalf, op den negen en twintigsten daaraanvolgende aldaar geenregistreerd
en bekendelijk staande en gelegen te Heemse voormeld; waarvan de openbare
verkoop bij wijze van opbieding bij opgemeld vonnis, homologeerende eene ten
dage van den dertienden april te vooren oner voorzitting van den heer Vreederigter
deezes kantons opgemaakte en op den twee en twintigsten daaraanvolgende ten
bureele Ommen geenregistreerde acte van beraadslaging daarover en authorisatie
daartoe, door de naastbestaanden en goede vrienden (bij wijze van familie-raad
vergaderd) van Nicolaas -, Willemina – en Fredrik Coenraad Wilhelm Hopman,
minderjarige kinderen van Abraham Hopman, zonder beroep wonende te Haarlem
en van dezes wijlen huisvrouwe Klasina Rathsman, is bevolen.
Gecompareerd de heer Evert Bruins, gemeenteraad en koopman, wonende
te Heemse voormeld, in kwaliteit van gevolmagtigde van welgemelden heer Abraham
hopman en van mejuffrouw Frederica Rathsman, weduwe van wijlen Jan
Heupe Stouthandel, vroedvrouwe van beroep, wonende te Uitgeest in de provincie
Holland, Noordelijk gedeelte; luid volmagten respective op den tienden augustus
achttienhonderd en dertien en op den derden october achttienhonderd en twaalf,
voor den heer Adrianus Verdam, keizerlijk notaris, resideerende te Mijdrecht,
in het kanton van dien naam, arrondissement Utrecht, departement van de Zuiderzee
en voor ons notaris gepasseerd en op den elfden augustus en den zeventienden
october daaraanvolgende te Woerden en te Ommen behoorlijk geenregistreerd,
welke beide volmagten na dat daarvan vermelding was geschiedt op dezelve,
deezen zijn geannecteerd geworden; mitsgaders in naam en als toeziende voogd
van voorzeide Nicolaas -, Willemina – en Fredrik Coenraad Wilhelm Hopman,
daartoe vermits de absentie van derzelver vroeger benoemden voogd de heer
Jacobus Rathsman, chirurgijn, thans woonachtig te Wagenborgen in de
provincie Groningen, benoemd bij acte van familie-raad op den tweeden junij
laatstleden voor het Vreedegerigt deezes kantons gepasseerd en op den tienden
daaraan volgende ten bureele Ommen geenregistreerd; vorderende in voorzeide
kwaliteiten de verkoop der goederen waarvan ten deezen gesproken wordt; dewelke
ten den einde aan den ondergeteekenden notaris ter bewaring heeft overgegeven.
Diensvolgens zal de provisioneele toewijzing gedaan worden
te Heemse dikgemeld, ten huize van Maria van Munster, weduwe Marten Bruins,
logementhoudersche, op vrijdag den eersten september aanstaande, des
voordemiddaags om tien uuren, na alvorens bekend gemaakt en aangekondigd te
zijn door verkoop-billetten, op drie achtereenvolgende zondagen aangeslagen op
de plaatsen door de wet voorschreven, en copielijk geinsereerd in de
Overijsselsche Courant.
Eerste expeditie.
(kopie van aktenr. 60, inv. nr. 1956)
Voor ons Antoni van Riemsdijk, keizerlijk notaris, resideerende
te Hardenbergh, kanton Hardenbergh, arrondissement Deventer, departement der
Monden van den IJssel, in tegenwoordigheid van de heeren Lucas Hoenderken,
arrondissementsraad en Willem Swam, buraliste, woonende ter Steede Hardenbergh,
in de Voorstraat, de eerste in nr. 6 en de tweede in nr. 124, als hiertoe
expresselijk verzochtte getuigen, compareerde vrouwe Frederica Rathsmann,
weduwe van wijlen Jan Heupe Stouthandel, beroepene vroedvrouwe aan
de Cuinre in dit departement, doch thans nog woonachtigh op den Brink te Heemse,
in nr. 18, binnen dit kanton; dewelke op het punt staande om naar de Cuinre
voormeld te vertrekken om aldaar haar domicilie te vestigen en het beroep
van
..
(dit stuk is gezegeld met een zeer bijzonder rood lakzegel
van notaris Antoni van Riemsdijk: A. van Riemsdijk No. A Hardenberg, Trib. De Paix)
Koopsvoorwaarden, volgens welke aan den meestbiedenden en laatsten verkooper
zullen worden verkocht en toegewezen de hier nabenoemde en gespecificeerde
vaste goederen, staande en gelegen te Heemse, in de gemeente Hardenbergh,
kanton van dien naam, arrondissement Deventer, provincie Overijssel, waarvan
de verkoop bij opbieding, na vooafgegaan onderzoek, waardeering en begrooting
derzelve, door den bij vonnis van de Regtbank ter Eerste Instantie, zitting
houdende te Deventer, van de vier en twintigsten maart des jaars eenduizend
achthonderd en dertien, op den tweeden april daaraanvolgende aldaar geenregistreerd,
in plaats van Jan Hendrik Willerink, benoemden zaakkundigen Fredrik Zweers,
bevolen is bij vonnis van dezelve regtbank van dato den vier en twintigsten
junij des jaars te vooren op den negen en twintigsten daaraanvolgende meede
aldaar geenregistreerd; bij welk vonnis is gehomologeerd eene ten dage van
den dertienden april te vooren onder voorzitting van den heer Vreederigter
des kantons Hardenbergh opgemaakte en op den twee en twintigsten daaraanvolgende
ten bureele Ommen geenregistreerde akte van beraadslaging van de naastbestaanden
en goede vrienden (bij familie-raad vergaderd) van Nicolaas -, Willemina –
en Fredrik Coenraad Wilhelm Hopman, minderjarige kinderen van Abraham Hopman,
zonder beroep, wonende te Haarlem, en van deezes wijlen huisvrouwe Klasina
Rathsman, houdende na rijpe overweging van den staat en toestand des boedels,
uitmakende de nalatenschap van wijlen den heer Fredrik Coenraad Wilhelm Rathsman,
in leven heel- en vroedmeester en vrouwe Willemina Huberts, in leven vroedvrouwe,
beide te Heemse voorschreven gedomicilieerd hebbende, authorisatie tot den
verkoop in tegenwoordigheid van den heer Jacobus Rathsman, chirurgijn, toendertijd
wonende te Waddingsveen, departement van de Maas, doch thans te Wagenborgen
in de provincie Groningen domicilieerende, in kwaliteit van voogd der voorzeide
minderjarigen, der vaste goederen dier nalatenschap bij het zelve vonnis vermeld;
van welke beide vonnissen in de grossen tevens met deeze acte zullen worden
gedeponeerd ten kantore van den heer Antoni van Riemsdijk, openbaar notaris,
resideerende te Hardenbergh, als tot de verkoop van dezelve goederen, van
wegen de welgemelde regtbank bij het laatst gemelde vonnis gecommitteerd.
Ten verzoeke van Johannes Albertus Rathsman, glasbuiger,
wonende te Amsterdam, – van Evert Bruins, gemeenteraad en koopman,
wonende in nr. 2 op den Brink te Heemse voorschreven als gevolmagtigde van
mejuffrouw Frederika Rathsman, weduwe van wijlen Jan Heupe Stouthandel,
vroedvrouwe van beroep, wonende te Uitgeest in de provincie Holland, Noordelijk
gedeelte, en van den heer Abraham Hopman voormeld; van de heer Jan
Bruins, thans substitut ontvanger der indirecte belastingen in de gemeente
Hardenbergh voorschreven, als gevolmagtigde van den heer Jacobus Rathsman
voormeld en van den heer Johannis Amama Chevallerau, openbaar notaris,
resideerende ter Steede Ommen, gemeente en kanton van dien naam, dezes arrondissement,
als gevolmagtigde van regenten van het weeshuis te Amersfoort, subintreerende
voor Appollonia Huberts, weeskind, nagelaten door wijlen den heer Gerrit
Huberts en vrouwe Sophia Rathsman, in leven ehelieden, aldaar woonachtig,
alle tezamen pro se et qualitate erfgenamen van den voorzeiden wijlen heer
Fredrik Coenraad Wilhelm Rathsman en vrouwe Willemina Huberts, hunne ouders
en grootouders respective.
In tegenwoordigheid van welgemelden Evert Bruins, als
toeziende voogd over meergemelde minderjarigen, daartoe vermits de absentie van
voormelden Jacobus Rathsman, benoemd bij acte van familie-raad op den tweeden
junij laatstleden voor het Vreedegerigt dezes kantons gepasseerd en op den
tienden daaraanvolgende ten bureele Ommen behoorlijk geenregistreerd en van
Johannis Amama Chevallerau voorzeid als gevolmagtigde van heeren regenten van
het weesthuis te Amersfoort voormeld.
Te weeten:
- een
woonhuis met deszelfs grond en wheere, staande en gelegen onder nr. 1 te
Heemse op den Brink aan de rivier de Vecht, thans in gebruik bij de heer
Jan Bruins voorschreven; zijnde begroot op de somma van vijfhonderd en
vijftig guldens bij acte van tauxatie van genoemden Fredrik Zweers,
timmerman, wonende in de Achterstraat in nr. 90 ter Steede Hardenbergh, in
dezen door welgemelde regtbank, in plaats van Jan Hendrik Willerink
voormeld, benoemden zaakkundigen
- een
hofjen, groot een schepel gezaai, meede aldaar in zijne eigene afvreedine
aan en en oosten den Molenberg gelegen, thans in gebruik bij Peter
Willering, meester-timmerman aldaar; begroot bij acte van tauxatie
voorschreven op de somma van eenhonderd en vijftig guldens