Gerrit Kelder (1807-1889) was een schoolmeester die les heeft gegeven aan de lagere school te Sibculo.


Gerrit Kelder is geboren op 23 juli 1807 te Baalder als oudste zoon van Hermen Kelder en Grietjen Eggengoor. Hij trouwde op 2 april 1836 te Ambt Hardenberg met Geertruid Monnekemeijer uit Lutten.

Kelder nam de school in Sibculo in 1835 provisioneel waar. De vacature was nog niet definitief ingevuld. Begin 1836 werd hij officieel benoemd en op 22 maart van dat jaar trad hij in functie. Hij bezat op dat moment de vierde rang. Op 14 oktober 1840 behaalde hij de akte van de derde rang.

Meer dan veertig jaren was meester Kelder verantwoordelijk voor het oude schooltje en de leerlingen in Sibculo. Gerrit Kelder werd in 1877 bij koninklijk besluit een pensioen ten laste van de staat toegewezen van 300 gulden per jaar. Hij overleed op 8 november 1889. In de Provinciale Overijsselsche Courant van 13 november 1889 lezen we bij zijn overlijden:

“Sibculo, gem. Ambt Hardenberg. Weinige dagen geleden verloor de buurtschap Sibculo den oudsten en waardigsten van hare ingezetenen. De heer G. Kelder, rustend hoofdonderwijzer, overleed alhier op den 8 november jl. in den ouderdom van ruim 82 jaren. Reeds op jeugdigen leeftijd wijdde hij zich aan het onderwijs. In het jaar 1830 werd hij tijdelijk aan dezen werkkring onttrokken en moest het vaderland in den oorlog dienen. Na zijn terugkomst uit het leger ontving hij van het gemeentebestuur zijn aanstelling tot hoofdonderwijzer aan de openbare school in de buurtschap Sibculo. Gedurende meer dan veertig jaren vervulde hij deze betrekking met nauwgezetten ijver en nadat hij op 70-jarigen leeftijd zijn eervol ontslag en pensioen had verzocht en verkregen, mocht hij nog het voorrecht genieten ruim 12 jaren lang een welverdiende rust te smaken. Wat de overledene was voor zijn kinderen en kleinkinderen, wat hij was voor zijn vrienden, weten allen, die hem van nabij gekend hebben. Mocht de ouderdom de krachten van zijn leven langzaam doen verminderen zijn geest bleef even helder en het onderwijs, waaraan hij de beste krachten van zijn leven gewijd had, bleef steeds het voorwerp van zijn warme belangstelling. Heden werd hij door zijn kinderen en kleinkinderen, door zijn nog in leven zijnde broeders en zijn verdere familie, door zijn vrienden en oud-leerlingen ter laatste rustplaats geleid. Aan de geopende groeve sprak de heer Frederiks, godsdienstonderwijzer in deze gemeente, een woord van troost tot de familie en vrienden van den overledene. De tegenwoordige hoofdonderwijzer in deze buurtschap herdacht den overledene als vriend en als ambtsbroeder, wiens heengaan door zijn vrienden betreurd, maar wiens nagedachtenis door hen niet vergeten zal worden”.