In het Statenarchief wordt onderstaande inschrijving bewaard betreffende het erve te Diffele genaempt Werminck. Het werd in 1716 bemeijerd (gepacht) door Jan Hanssen en schout Johan Molckenbour taxeerde het op verzoek van de Staten van Overijssel op een waarde van 1500 carolyguldens.
In het zgn. register van de 50e penning van verkopingen en collaterale successiën vinden we op 28 september 1727:
Insgelijcks hebbe ick Scholtus van Hendrik Mass tot Radewijk nogh op den 9 december aengekoft het halve erve Warmink tot Diffelen gelegen.
Op 22 juni 1768 registreerde de schout van Hardenberg een zgn. ‘maagscheiding’ (verdeling van het erfgoed door nabestaanden) ten verzoeke van Hendrikjen Hendriks, weduwe van wijlen Hendrik Hekman, geadsisteerd met Derk J. Meijerink als haar verkoren momboir; Geertien Hendriks, weduwe van wijlen Jan Visscher, geadsisteerd als voren met D. J. Meijerink als haar verkoren momboir; Jan Hendriks met zijn huisvrouw Maria Assen; Derk Hendriks met zijn huisvrouw Geertien Gerrits; Asse Ribberink met zijn huisvrouw Engeltien Hendriks; Maria Hendriks, geadsisteerd met voornoemde D.J. Meijerink als verkoren momboir; en Egbert Hendriks. Zij waren tezamen erfgenamen van wijlen hun ouders Hendrik Jannessen en Hendrikjen Derksen, gewoond hebbende op ‘t erve Warmboldink te Diffelen. Derk Hendriks en zijn huisvrouw Geertien Gerrits kregen de volle eigendom van de boedel en goederen. De zoon van de weduwe van wijlen Jan Visscher, genaamd Hendrik Jansen, kreeg het huis met de grond waar het op staat. Dat huis werd nog bewoond door de weduwe van Hendrik Hekman. De weduwe van Jan Visscher woonde bij Derk Hendriks in haar ouderlijke huis en mocht aldaar vertrekken, waarvoor zij een schadeloosstelling kreeg/ Ook met de andere kinderen werd een regeling getroffen, betreffende voldoening van hun erfportie.
Op 31 maart 1769 werd door de schout een schuldbekentenis met hypotheekstelling geregistreerd ten laste van Derk Hendriks en zijn huisvrouw Geertien Gerrits, woonachtig op ‘t Warmboldink te Diffelen. Zij hadden 350 carolyguldens geleend van de juffers Maria Voltelen en Luberta Arnoldina Voltelen. Als onderpand stelden ze de drie vierde parten van het erve Warmboldink, bestaande in het woonhuis en gooren, 15 mudden zaailand en drie vierendeel whaare te Diffelen. Derk Hendriks Warmink en Geertjen Gerrits waren rond 1764 getrouwd. De bruid was afkomstig uit Rheeze en de bruidegom was geboren op ’t Warmink in Diffelen. Hun oudste zoon Hendrik zou boedelhouder worden.
Op de oudste kadastrale kaart van 1832 staat het erve vermeld als eigendom van hun zoon Hendrik Warmink en diens echtgenote Jennegien Vrijlink. Zij waren op 31 mei 1801 getrouwd te Heemse. De boerderij stond op legger 392 als sectie I-152.
Legger 392/8: Sectie I-152. Hendrik Warmink overleed op 11 december 1844, gevolgd door zijn vrouw op 3 september 1848. Daarna verviel ’t Warmink aan hun kinderen. De twee oudste zoons waren resp. in 1836 en 1832 overleden (ongehuwd), zodat Gerrit Jan Warmink boedelhouder werd. Hij was op 2 oktober 1805 geboren en op 26 september 1834 te Heemse getrouwd met Gesina Frijlink.
Notaris Willem Swam begon op 29 oktober 1856 met een openbare veiling van onroerende goederen op verzoek van landbouwer Warner Cremer te Hardenberg als mondeling gemachtigde van Hendrik Jan Crull, fabrikant te Veldhausen. Het tweede kavel betrof de tiende, gaande uit de landerijen van het erve Scholtenmeijer te Diffelen, kadastrale sectie I-154, I-155, I-148, I-156, I-157, I-158, I-178 (gedeeltelijk), I-176, I-182, I-186, I-187, I-194, I-195, I-200, I-201, I-453, I-454, I-419, I-371, I-409, I-399, I-337 en I-294, ter grootte van ongeveer 5 bunder, 27 roeden en 60 ellen. Twee weken later, op 12 november, vond de definitieve veiling plaats. Echter, de verkoper was niet tevreden met de geboden bedragen en besloot de verkoop niet te gunnen (aktenr. 2396 en 2400). i_
In 1870 volgde successie. Over op:
Legger 2994/6: Eigendom van Gesina Vrielink, weduwe van Gerrit Jan Warmink. Hij was namelijk op 20 december 1869 overleden. In 1874 terreinsverandering. Over op:
Legger 3391/1: Eigendom van Gesina Warmink-Vrielink en kinderen. Nieuwe sectie I-1003. Huisnr. F-19. Huis, schuur, erf en varkenshok.
In 1879 bijbouw en stichting. Over op:
Legger 3391/2: Nieuwe sectie I-1284. Huis, schuur en erf.
In 1906 boedelscheiding. Over op:
Legger 6496/1: Eigendom van zoon Gerrit Warmink en echtgenote Hilligjen Veurink. Zij waren op 14 juni 1866 te Heemse getrouwd. Na hun overlijden vererfde ’t Warmink op hun zoon Gerrit Jan Warmink en diens vrouw Lubbigje Meilink. Zij waren op 5 oktober 1900 getrouwd te Heemse. In 1921 bijbouw. Over op:
Legger 6496/2: Huis, schuren en erf. In 1935 verbouw woning. In 1937 boedelscheiding. Over op:
Legger 10521/1: Eigendom van de ongehuwde zoon Gerrit Warmink en van zoon Hendrik Warmink die op 23 mei 1935 te Heemse was getrouwd met Gezina Jacoba Willink. In 1954/1955 verbouw woning. Over op:
Legger 10521/2: In 1968 vereniging van percelen enz. Over op:
Legger 15210/1: Eigendom van Gerrit en Hendrik Warmink. Huis, schuren, erf, bouw- en weiland. In 1974 splitsing. Over op:
Legger 15210/2: Sectie I-2048. Over op:
Legger 17184/1: Eigendom van Gerrit Jan Warmink (geb. 31-08-1935). In 1981 opgenomen in ruilverkaveling. Over op:
Legger 17184/2: Nieuwe sectie AE-362. Huis, schuur, tuin, erf en grasland aan de Grote Esweg 13.
Tegenwoordig is ter plekke de boerencamping ‘Het Scholtemeijer’ gevestigd.