Bij de aanvang van het kadaster, anno 1832, was het perceel bouwland sectie E-75, eigendom van kleermaker Frederik van der Haar, nog onbebouwd. Dat zou echter niet lang zo blijven. De een na oudste kadastrale hulpkaart van Gramsbergen dateert van 30 juni 1838. Daarop is de nieuw gebouwde woning ingetekend. Het kreeg het nieuwe kadastrale sectienummer E-495.
Legger 388/8: Nieuwe sectie E-495. Huis en erf. Eigendom van Evert van der Scheer.
Op 15 november 1841 verleed notaris Willem Swam een hypotheekakte op verzoek van Evert van der Scheer en echtgenote Johanna Elizabeth Veenebrugge. Zij verklaarden 1100 gulden te hebben geleend van en schuldig te zijn aan grondeigenaar Berend Veenebrugge wonende te Venebrugge. Tot zekerheid en onderpand stelden ze hun woonhuis met deszelfs grond en wheere, staande en gelegen ten noorden den Oosterësch, sectie E-495 (aktenr. 1011).
In 1845 over op:
Legger 719/1: Sectie E-495. Huis en erf. Eigendom van timmerman Hendrikus Beune en echtgenote Gesina Beverborg. Zij zijn op 7 september 1836 getrouwd in Enschede.
Notaris Willem Swam verleed op 9 mei 1846 een hypotheekakte op verzoek van timmerman Hendrikus Beune. Deze verklaarde 1000 guldens schuldig te zijn aan landbouwer Coenraad Bernardus Holland te Vriezenveen. Als onderpand voor de lening verbond hij o.a. zijn huis en erf op sectie E-495 (aktenr. 1372).
In 1850 verkoop. Over op:
Legger 712/2: Eigendom van visiteur en commies der rijksbelastingen Everwijn Dambrink en echtgenote Hendrijetta Gethruida Corodina Horn.
Op 31 mei 1851 verleed notaris Swam een hypotheekakte op verzoek van commies Dambrink. Deze verklaarde 1000 gulden schuldig te zijn aan landbouwer Coenraad Bernardus Holland te Vriezenveen. Hij stelde het huis en erf op sectie E-495 als onderpand (aktenr. 1754).
Notaris Willem Swam verleed op 11 mei 1853 de transportakte waarbij Everwijn Dambrink, visiteur te Babberich (gem. Zevenaar) zijn huis en erf op sectie E-495 voor 1200 gulden verkocht en overdroeg aan de hoogwelgeboren jonkheer meester Hendrik Pilgrum Marius Cato van Ingen, burgemeester der gemeente Gramsbergen (aktenr. 2005).
Legger 929/1: Eigendom van burgemeester jhr. mr. Hendrik Pilgrum Marius Cato van Ingen. Hij was van 1852 tot 1854 burgemeester van Gramsbergen.
Op 10 mei 1854 begon notaris Swam te Gramsbergen met de eerste inzate van de openbare veiling van het huis en erf, staande en gelegen aan den dijk, van de oud-burgemeester van Gramsbergen, jhr. mr. Hendrik Pilgrum Marius Cato van Ingen. Deze was begin 1852 in functie getreden, maar twee jaar later al ‘gepromoveerd’ tot burgemeester van de gemeente Steenwijkerwold. Een week later, op 17 mei, vond de definitieve veiling plaats en daarbij werden de gecombineerde kavels gemijnd door Hendrik Schutte uit Anevelde voor 1090 gulden (aktenrs. 2138 en 2148).
Legger 979/1: Eigendom van landbouwer Hendrik Schutte te Anevelde.
Op 2 november 1854 verleed notaris Swam een hypotheekakte op verzoek van Hendrik Schutte te Anevelde. Deze verklaarde 800 gulden schuldig te zijn aan fabrikant Hermannus Cromhoff te Enschede. Als onderpand voor de lening en de verschuldigde rente verbond hij o.a. zijn huis en erf met grond en wheere, staande en gelegen aan den dijk onder het ressort der stede Gramsbergen, sectie E-495 (aktenr. 2201).
In 1862 verkoop. Over op:
Legger 1329/4: Sectie E-495. Huis en erf. Eigendom van schipper en landbouwer Hermanus Valkman en echtgenote Margrieta Rigterink. Zij zijn op 17 november 1858 getrouwd te Gramsbergen. Huisnr. A-95. In 1910 boedelscheiding. Over op:
Legger 3003/16: Eigendom van landbouwer Jan Valkman Hzn. en echtgenote Willemina Kamphuis. Zij zijn op 5 juli 1888 getrouwd te Gramsbergen.
Van 1932 tot 1956 werd het pand A-169 bewoond door Hendrik Jan Pullen en echtgenote Jennigje Schuldink. Hij was ‘ambtenaar huishoudelijke dienst’ bij de Boomhof.
In 1940 vernieuwing van artikel. Over op:
Legger 4955/16: Sectie E-495. Huis en erf op de Ooster Esch. In 1944 stichting. Over op:
Legger 4955/41: In 1947 boedelscheiding. Over op:
Legger 5188/5: Eigendom van de ongehuwde Margaretha Geziena Valkman (geb. 09-12-1897).
Van november 1956 tot november 1966 werd het pand A-169 verhuurd aan Albert Nijland en echtgenote Hendrika Johanna Gerrits. Albert overleed er op 28 augustus 1963. Weduwe Nijland-Gerrits bleef er wonen tot 1966.
In 1958 stichting. Over op:
Legger 5188/13: Sectie E-495. Huis en erf. In 1965 vereniging van percelen. Over op:
Legger 5188/14: Nieuwe sectie E-3225. Huis, tuin en werkplaats. In 1967 sloping en bouw nieuw woonhuis. Over op:
Legger 5188/15: Sectie E-3225. Huis, garage en tuin. In 1968 ruiling enz. Over op:
Legger 5188/17: Nieuwe sectie E-3279. Huis, tuin en garage aan de Anerdijk. In 1969 verkoop deel van perceel. Over op:
Legger 5188/18: Nieuwe sectie E-3427. Huis, tuin en garage aan de Anerdijk 7. In 1980 hermeting. Over op:
Legger 5188/19: Nieuwe sectie M-640. Huis en tuin. In 1980 vereniging van artikel. Over op:
Legger 7544/4: Eigendom van Margaretha Geziena Valkman aan de Anerdijk 4. Zij overleed op 9 mei 1984. Het huis ging middels een legaat over op:
Legger 8370/1: Sectie M-640. Huis, erf en tuin aan de Oldenhof 2. Eigendom van timmerman H. Veldsink en echtgenote M.L. Mink.