PeriodeNaamGemeenteBijzonderheden
1830Jansen, Derk JanAmbt HardenbergGemeenteveldwachter en dienaar van policie. Aangesteld tot veldwachter door de Gouverneur van Overijssel bij besluit d.d. 24-05-1830. Door de gemeenteraad bij besluit van 04-06-1830 benoemd tot ‘dienaar van policie’. Beëdigd door de Vrederechter op 08-06-1830. Op 01-10-1836 benoemd en aangesteld als policie-beambte der gemeente.
1886-1900Korrelboom, Pieter Riene CasperStad HardenbergVeldwachter Korrelboom was geboren op 19 januari 1852 te Amsterdam. Na een sollicitatieprocedure met 34 kandidaten werd hij eind 1886 benoemd tot gemeenteveldwachter te Stad Hardenberg. Hem werd eervol ontslag verleend per 7 mei 1900. Kort ervoor was hij tijdelijk geschorst door de burgemeester, omdat hij een Duitse vrachtrijder beboet had en ’t geld in eigen zak gehouden had… Daardoor had hij zijn prestige verloren in het uitoefenen van zijn ambt, de reden voor zijn ontslagaanvraag.
1923-Os, C. vanBergentheimRijksveldwachter; voordien agent van politie te Kampen.
1914-Schuldink, EgbertAmbt HardenbergEgbert was jachtopziener te Brummen toen hij door de commissaris van de koningin werd benoemd tot opvolger van zijn vader Jannes Schuldink als gemeenteveldwachter te Ambt Hardenberg.
1879-1914Schuldink, JannesAmbt HardenbergUit een advertentie in de Dedemsvaartsche Courant d.d. 18-06-1892 blijkt dat Jannes 13 jaar eerder is benoemd tot gemeente-veldwachter.

De commissaris van de koningin verleende Jannes op diens verzoek eervol ontslag met ingang van 1 juli 1914.
1874-1879Schut, Aart DanielAmbt HardenbergWoonde te Heemse. Kreeg eind 1874 de rang brigadier-titulair toegekend.
1900-1903Tramper, NikolaasStad HardenbergGemeenteveldwachter en onbezoldigd rijksveldwachter. Vanaf 21 augustus 1900 in functie (beëdigd door de kantonrechtbank in Ommen). Voordien was hij marechaussee en adjudant van politie te Rotterdam. In 1902 schreef de burgemeester over hem: Gedurende zijn verblijf alhier heeft hij getoond te zijn een man van karakter, eerlijk en trouw in zijn dienst, voorzichtig in zijn handelingen doch treedt hij flink op als zulks moet zijn. Genoeg kennis hebbende van het politievak zie ik in hem een persoon die geschiktheid bezit zelfstandig op te treden en acht ik hem zeer geschikt voor het toezicht op jacht en visscherij. Voor zooverre mij bekend maakt hij een zeer matig gebruik van sterken drank en is nimmer veroordeeld. Tramper werd in maart 1903 benoemd tot politieagent te Kampen.
1903-Vosjan, Johannes FredrikusStad HardenbergOverleden op 18 juni 1959 te Hardenberg en begraven aan de Bruchterweg op 22 juni 1959.