grafsteen met jurgendstil-versiering en in de top een zandloper en dubbele palmtak
Hermann Wilhelm Weitkamp, geboren op 27 maart 1842 te Ladbergen in Duitsland, overleden op 9 november 1913 te Stad Hardenberg, oud 71 jaar, zoon van Johann Heinrich Weitkamp en Anna Christina Maria Elisabeth Böberg
Willemina Muijderman, geboren op 14 januari 1838 te Zwolle, overleden op 13 januari 1908 te Stad Hardenberg, oud 69 jaar, dochter van Jan Muijderman en Elisabeth Schrörlucke
kerkhof Nijenstede | grafsteen 126 | rij A 19
Hermann Wilhelm Weitkamp en Willemina Muijderman trouwden op 8 juli 1868 te Stad Hardenberg. Ze kregen acht kinderen:
- Herman Heinrich Weitkamp, geboren op 15 juni 1869 te Stad Hardenberg, trouwde op 7 oktober 1891 te Ambt Hardenberg (Heemse) met Hendrikje Bolks en overleed op 12 mei 1948 te Heemse; burgemeester van de gemeente Ambt Hardenberg
- Jan Weitkamp, geboren op 11 december 1870 te Stad Hardenberg
- Anna Christina Maria Elisabeth Weitkamp, geboren op 9 januari 1872 te Stad Hardenberg en aldaar overleden op 8 september 1872
- Anne Everhard Weitkamp, geboren op 8 februari 1873 te Stad Hardenberg en aldaar overleden op 22 juli 1873
- Elizabeth Willemine Bertha Weitkamp, geboren op 30 maart 1874 te Stad Hardenberg en aldaar overleden op 30 mei 1875
- Herman Wilhelm Weitkamp, geboren op 6 oktober 1876 te Stad Hardenberg, ongehuwd overleden op 7 september 1963 te Hardenberg
- Betsij Willemina Weitkamp, geboren op 29 januari 1878 te Stad Hardenberg en aldaar overleden op 15 september 1878
- Bertha Willemina Weitkamp, geboren op 24 mei 1881 te Stad Hardenberg, ongehuwd overleden op 29 juli 1967 te Hengelo
Salland’s Volksblad, 14 november 1913:
De oud-commissaris en medeoprichter van ons blad, de heer H.W. Weitkamp, is laatstleden zondagmiddag 9 november, in den ouderdom van bijna 72 jaren overleden. Geboren te Ladbergen in Westfalen kwam hij als jongeling van 16 jaren bij zijnen oom in Hardenberg en sedert bleef hij in ons land, waarin hij zich ook liet naturaliseeren. IJverig stelde hij belang in wat onze stad, gewest en land aanging. Veel heeft hij ook kunnen verrichten ten goede dezer plaats en streek. Hij was gedurende jaren lid van den gemeenteraad van Stad Hardenberg en wethouder. Vooral gaf hij zijne krachten aan het oprichten van het waterschap de Molengoot waarvan hij tot de jaren hem tot aftreden noopten poldermeester bleef, terwijl ook het normaliseeren van de Radewijkerbeek en het oprichten van het daarvoor dienende waterschap voor een groot deel mede aan zijn bemoeienis te danken is. Op politiek gebied behoorde hij tot de antirevolutionaire partij, en was hij van die zijde ook soms candidaat voor de Provinciale Staten. Op kerkelijk gebied bleef hij evenmin onverschillig. Als lid van den kerkeraad en ook als kerkvoogd der ned. herv. kerk deed hij wat in zijn vermogen was; terwijl bij de beweging der reformatie in die kerk ten tijde van de jaren 1886 en 1887 hij stond aan de zijde van hen die opkwamen voor het handhaven van de aloude belijdenis onzer gereformeerde kerken in Nederland. De gereformeerde kerk ontving dan ook steeds van hem steun en vond in hem een trouw lid. Ook mag niet vergeten worden wat hij deed voor de Chr. school. Die school en het Christ. onderwijs ging hem zeer ten harte en hij heeft zich verheugd in den toenemenden bloei der Chr. school, maar ook het Chr. onderwijs in den ruimsten zin steeds bevorderd, zoodat ook de Vrije Universiteit op Gereform. grondslag hem mocht tellen onder hare begunstigers.
Geef een reactie