Toen, op 25 juni 1959: feest in Radewijk.
De 25ste juni 1959 was een vreugdevolle dag in de geschiedenis van de buurtschap Radewijk.
Heel Radewijk vierde die dag feest. Twee keurig uitgedoste herauten riepen de bevolking van Radewijk op tot een feestvreugde zoals men er in tijden niet had meegemaakt. Klaroenstoten van het tweetal wekten om vier uur `s morgens de landbouwende mensen die zich moesten reppen om hun vee zo tijdig mogelijk verzorgd te krijgen, zodat iedereen mee kon gaan naar het feest. Alle ellende die men tot voor kort in de buurtschap had gekend door de slechte staat van de landwegen, lag nog vers in het geheugen. Onbeschrijfelijke toestanden hebben geheerst in de uithoek van deze provincie, in de onmiddellijke nabijheid van de grens. Treffend waren de woorden van dierenarts J. Siebenga die op deze middag de volgende uitspraak deed: ‘Als er ooit iemand in aanmerking zou moeten komen voor een ridderorde, dan was het wel de landbouwer Wolbink die zo velen met zijn tractor uit de moeilijkheden heeft gehaald’.
Burgemeester De Goede vermeldde in zijn speech een aantal interessante gegevens over de nieuwe wegen. Zo werd er in totaal 18 miljoen kilo grondstof verwerkt, terwijl het project alleen al binnen de gemeentegrenzen van Hardenberg driekwart miljoen gulden kostte. In de buurtschap Radewijk veranderde maar liefst veertien kilometer zandweg in glad asfalt. Bij de met vlaggen versierde molen van Ter Voorde werd de plechtige opening voltrokken. De bejaarde weduwe Drenthen, gekleed in echt oude Saksische klederdracht, bood de burgemeestersvrouw een schaar aan, waarmee deze het witte lint doorknipte. Even tevoren had het muziekkorps Excelsior uit Bruchterveld het Wilhelmus geblazen en zongen de schoolkinderen met ijle stemmetjes in de zomerwind het mooie volkslied van Radewijk. Mevrouw De Goede kreeg voor haar officiële handeling een boeket bloemen aangereikt door de kleine Gerda Veneman. Het was een lange, lange tocht van bijna dertig versierde wagens, op weg naar het aangrenzende Den Velde. De burgemeestersfamilies van Hardenberg en Gramsbergen voorop.
Terecht had men dit geheel in het Saksische landschap passend gehouden door de beste paarden uit de Radewijker stallen voor de wagens te spannen. Ze trokken hun fleurige optocht met frisse moed over de harde wegen, maar het feestcomité had het reisplan wel zo vastgesteld dat ook enkele zandhindernissen moesten worden genomen, waarmee werd duidelijk gemaakt dat nog niet alles in kannen en kruiken was op het punt van de verharding. Met al die feestvierenden zetelden op éénn der eerste wagens zichtbaar verheugd de heer en mevrouw Van der Meer. Na veertigjarige strijd tegen de modder een resultaat te mogen meemaken, was ook een reden om echt blij te zijn. In die stemming aanvaardde het tweetal met voldoening de juichstem van een der feestvierders: Het bruidspaar van Radewijk. Het was een hoogtijdag voor beiden. Ter gelegenheid van de opening van de nieuwe wegen te Radewijk en Den Velde werd de tweede dag van de feestelijkheden besloten met een volksfeest, waarvoor zowel van Hollandse als van Duitse zijde zeer grote belangstelling bestond. Eindelijk was men verlost van de zeer slechte wegen!
Bovenstaand verhaal is overgenomen uit het Sallands Volksblad van 29 juni 1959.