In het zgn. register van de 50e penning van verkopingen en collaterale successiën staat bij 3 april 1731:
Heeft de heer R. van Langen bekent gemaakt dat in ’t laaste van de gepasseerde maant februarij van Jannes Schultink hadde aangekoft desselfs keuterstede het Schultink genoemt, nevens de Koele, vier stucke lants in den Aneresch, tesamen voor f. 1200,-

Uit het vrijwillig rechterlijk archief van het Schoutambt Hardenberg blijkt dat de katerstede Schultenk genaamd, met sijn huisinge en onderhorige landerien, gelegen te Ane, in 1780 eigendom was van de hoogwelgeboren heer vaandrig Jan Hendrik van Langen. In zijn testament liet hij de katerstede na aan zijn zoon Roelof van Langen.

De griffier van Hardenbergs Vredegerecht, G.J. Crull, registreerde op 1 september 1811 een akte op verzoek van Roelof van Langen en echtgenote Cunera Alberta Mulder te Hardenberg. Zij verklaarden 599 gulden schuldig te zijn aan de heer Hermannes Poppe en echtgenote J.C. Kok te Zwolle. Als onderpand stelden ze o.a. hun comparanten eigendommelijke katerstede no. 14, het Schuldink genaamd, bestaande in een huis en gaarden daarbij gelegen, en ongeveer twee dagwerken zaaij- en groenland, het Maatjen bij Grootebuul, zo en in diervoegen als het door des comparanten wijlen vader en schoonvader op den 17 november 1767 uit het versplitte erve Waterink te Ane is aangekogt (aktenr. 85).

Notaris Antoni van Riemsdijk hield op 15 april 1823 een boedelinventarisatie van alle nagelaten onroerende en roerende goederen van Cunera Alberta Mulder, de overleden echtgenote van Roelof van Langen. Zij was op 17 januari 1823 overleden te stad Hardenberg. Tot de vaste goederen (onroerende goederen) behoorde de katerstede het Schultink, te Aane, aan edoch ten noorden van den publieken weg na Coevorden liggende, en bestaande uit derzelver twee bouwmanswoningen en schuur, no. 14 en 15 (aktenr. 276).

Overijsselsche courant, d.d. 3 oktober 1823.

Enkele maanden later hield notaris Antoni van Riemsdijk een openbare veiling van een groot aantal onroerende goederen, op verzoek van weduwnaar Roelof van Langen. Onderdeel van die veiling waren twee katersteden die beide ’t Schultink genoemd werden, resp. huisnummer 14 (kavel 16) en 15 (kavel 17) in Ane. Het ene werd bewoond en gebruikt door Arend Schultink (nr. 14) en het andere door Gerrit Jan Huisjes (nr. 15). Het zestiende kavel werd verkocht en gegund aan Derk Grotebuil voor 650 gulden (aktenr. 333).

De katerstede het Schuldinks in Ane was in 1824 geregistreerd als huisnr. 15 en werd bewoond en bemeijerd door Gerrit Jan Huisjes en echtgenote Hendrika Schultink (Schuldink) (aktenr. 362). Zij waren op 26 juni 1808 getrouwd in Hardenberg.

Op 3 mei 1832 beschreef notaris Antoni van Riemsdijk dat Teunis Wolbink en Jennechien Luchies een hypotheek hadden opgenomen bij Berend Tiebert in Duits Wielen ad 750 guldens. Als onderpand stelden ze hun eigendommelijke katerstede het Schuldinks, huisnr. 24, met derzelver grond en wheere te Ane (aktenr. 1000). Teunis en Jennechien Wolbink woonden toen nog in ’t Duitse Echteler. Ze waren op 7 april 1826 te Emlichheim getrouwd. De katerstede was geregistreerd als sectie F-909 op legger nr. 486. 

Fragment uit oorspronkelijke aanwijzende tafel (OAT) van het kadaster, anno 1832.
Fragment van oorspronkelijke minuutkaart, anno 1832.

Notaris Willem Swam begon op 3 februari 1852 met de eerste inzate van de openbare veiling van vastgoed te Ane. Hij deed dat op verzoek van landbouwer Albert Sijkens aldaar, voor hemzelf en als mondeling gemachtigde van Teunis Wolbink, Jan Timmerman en Gerrit Beltman, alle drie landbouwers te Ane. Het eerste te veilen kavel betrof de katerstede het Schuldinks op sectie F-909 (aktenr. 1834). Twee weken lanter, op 17 februari, vond de definitieve veiling plaats. Albert Moman, landbouwer en veerman te Ane, was de hoogste bieder. Hij kocht de katerstede voor 738 gulden. Moman verklaarde vervolgens de aankoop te hebben gedaan voor Gerrit Jan Brill, landbouwer te Neuenhaus (aktenr. 1840).

De door Gerrit Beltman, Jan Timmerman en Teunis Wolbink ondertekende volmacht, anno 1852.

Legger 891/2: Eigendom van Gerrit Jan Bril en echtgenote Christina Moman. Zij waren op 16 december 1848 te Gramsbergen getrouwd. In 1862 volgde vereniging van percelen. Over op 734/7.
Legger 734/7: Idem eigenaar. Huisnr. B-37. Sectie F-909, huis en erf. In 1896 boedelscheiding. Over op 3031/8.
Legger 3031/8: Eigendom van Derk Bril en echtgenote Diena Bosch. Zij waren getrouwd op 22 maart 1883 te Gramsbergen. In 1902 successie. Over op 2680/19.
Legger 2680/19: Eigendom van Derk Bril en consorten (kinderen en aangetrouwden) (zie reg. 50, deel 4, nr. 3417). Huisnr. B-37. In 1914 vereniging van percelen. Over op 2680/26.

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1914.

Legger 2680/26: Nieuw sectienr. F-2951, huis, schuur, bouw- en grasland. In 1914 stichting. Over op 2680/27.
Legger 2680/27: Huis, schuren, bouw- en grasland. In 1939 verbouw. Over op 2680/28.
Legger 2680/28: Huis, schuren en bouwland. In 1943 boedelscheiding. Over op 5064/18.
Legger 5064/18: Eigendom van Derk Bril G.J.zn. Ane, huisnr. B-53. In 1946 opgegaan in de ruilverkaveling. Nieuwe sectie F-3299 op de hoek van de Revensweg met Engeland.

Fragment van kadastrale veldwerkkaart, anno 1946, sectie F-3299.

Het erf is nu geadresseerd: Engeland 3.