(Fotograaf: E. Wolbink, Hardenberg, anno 2007)

De vroegste geschiedenis van dit herenhuis valt samen met die van de naastgelegen villaboerderij De Rollepaal. De uit de provincie Groningen afkomstige familie Bos liet in 1909 op een perceel grond aan de oostzijde van de Schutwijk een woning bouwen, vermoedelijk naar een ontwerp van de Dedemsvaartse architect Karel Adrianus Hakkert. Op de in het gemeentearchief bewaard gebleven blauwdruk wordt het pand aangeduid als een heerenbehuizinge. Op de bouwvergunning en -tekening staat de naam van de architect niet vermeld, maar de uitvoerige begeleidende beschrijving is onmiskenbaar van zijn hand. Nu was Hakkert in die tijd ook werkzaam als gemeenteopzichter, dus het is mogelijk dat hij vanuit die functie advies heeft gegeven over het ingediende bouwplan. De stijl van het huis is echter typisch Hakkert. De terugwijkende geveltop zien we bijvoorbeeld ook bij andere door hem ontworpen bouwwerken. De gemeente verleende de vergunning op 9 juni 1909, waarna de bouw kon beginnen. Op de begane grond kwamen een serre, een woonkamer, een salon, een keuken, een kantoor en een vestibule met een trap naar boven en op de bovenverdieping twee logeerkamers, een grote slaapkamer en een balkon.

Fragment van oorspronkelijke bouwtekening (bron: Gemeentearchief Hardenberg).

Het huis werd gebouwd voor Daniël Bos, de derde zoon van Roelf Bos en Harmke Danes. Hij trouwde op 20 oktober 1910 met de twee jaar jongere Jenny Christina Berends. Zij was een dochter van Bonne Berends Bzn., de directeur van een turfstrooiselfabriek in Dedemsvaart, en Johanna Gesina Wicherlink. Hoewel het herenhuis nu anders doet vermoeden, deed het oorspronkelijk dienst als woongedeelte van een boerderij. Bij de woning stonden landbouwschuren. Daniël was akkerbouwer en bebouwde de uitgestrekte landerijen aan de oostzijde van de Schutwijk. Die dwarswijk ten zuiden van de Dedemsvaart lag op de grens van de oude marken Diffelen en Rheeze, in het voormalige Ambt Hardenberg. De wijk ontleent haar naam aan de noordelijker gelegen schutsluis Sluis VI. Daniël en Jennie kregen drie kinderen, twee zoons en een dochter, maar hun eerstgeboren zoon Roelf Daniël overleed al op vierjarige leeftijd.

Daniël Bos

In 1925 liet de fam. Bos nog een grote veeschuur bouwen, maar niet veel later verkochten ze hun bezittingen aan de Schutwijk aan hun zwager Reempt Groeneveld. Die was in 1913 getrouwd met Margaretha Harmina (Margreet) Bos en woonde met haar in De Krim. Reempt was daar directeur van de aardappelmeelfabriek Onder Ons. Het gezin van Daniël Bos verliet de gemeente Avereest. Zij zochten en vonden een nieuwe woonplaats en dat werd Alkmaar. Reempt en Margreet bleven echter in De Krim, bij het werk, wonen en dat betekende dat zij huize Nooit Gedacht verhuurden. Die naam droeg het pand echter al in 1931, want in dat jaar liet Reempt een kleine verbouwing uitvoeren. De veeschuur werd een stukje uitgebreid. Op de bouwvergunningsaanvraag staat dat het de schuur betrof, staande achter Nooit Gedacht. Waarom het pand die naam gekregen heeft, is niet meer bekend. Misschien heeft de fam. Bos destijds nooit gedacht dat ze zo’n mooi pand konden laten bouwen. Het kan ook zijn dat ze nooit hebben vermoed dat ze slechts drie jaar na de bouw van huize De Rollepaal, in 1906, weer een nieuw huis zouden laten bouwen…

Reempt Groeneveld en Margaretha Harmina Bos.

In maart 1937 kreeg de villa nieuwe pachters. Het waren Tieo Schot en zijn vrouw, afkomstig uit Odoorn. Zij bleven er wonen tot 1952. In dat jaar werd het pand flink verbouwd en gemoderniseerd, waarna het werd betrokken door de eigenaren, Reempt Groeneveld was toen gestopt als fabrieksdirecteur en met pensioen gegaan. Samen met zijn vrouw betrok hij de villa in Dedesmvaart. De tuin lieten ze ontwerpen door Mien Ruys. Zij kwam soms op theevisite en gaf dan aanwijzingen voor de tuin. Bij het huis behoorde, zoals vermeld, een akkerbouwbedrijf. Reempt vond dat hij, nadat hij meer dan veertig jaren aardappelen had verwerkt tot aardappelzetmeel, een selectiebedrijf voor pootaardappelen moest opzetten. Daarmee probeerde hij een kwalitatief betere fabrieksaardappel te kweken. Later verkocht hij de akkers aan Willem Wolthuis. Reempt overleed in 1960. Zijn weduwe werd daarna hoofdbewoonster van het pand. In 1972 woonde zij nog alleen op Nooit Gedacht. Op 11 november van dat jaar trok een geweldige storm over Nederland en ook over Dedemsvaart. Na een onrustige nacht kwam mevrouw Groeneveld beneden in de keuken en vond dat ze toch eigenlijk wel een schitterend vergezicht had over de landerijen. Voordien was haar dat eigenlijk nooit zo opgevallen. Bij een volgend bezoek aan de keuken keek ze nog eens naar buiten. Pas op dat moment constateerde ze de reden van het vergezicht… de grote landbouwschuur achter het huis was namelijk in z’n geheel opgetild en volledig verwoest. De schuur was daarmee uit haar directe gezichtsveld verdwenen. De keuken bevond zich in die tijd nog aan de zuidzijde van het huis. In de stallen stonden de paarden van Freek Jansen, de bedrijfsleider van de fam. Groeneveld. Wonderwel overleefden zij deze storm.

In 1973 verhuisde mevr. Groeneveld naar Hardenberg en verkocht ze de villa aan Jacob Post en Hiltje Bakker. In de jaren negentig is het pand betrokken door Samuel de Zoete en Angélique Antoinette Renniers en hun in Wageningen geboren kinderen.

© ‘Monumenten in de gemeente Hardenberg’, uitgegeven door de Stichting Historische Projecten, 2008.

Kadastrale geschiedenis

Kadastrale hulpkaart, juni 1904 (sectie M-738). Het perceel ligt nog braak.
Kadastrale hulpkaart, mei 1911 (sectie M-738). Het woonhuis is verrezen.
Kadastrale hulpkaart, juni 1922 (sectie M-875).
Kadastrale hulpkaart, september 1927 (sectie M-875). De grote landbouwschuur is gebouwd.
Kadastrale hulpkaart, juni 1945 (sectie M-875).
Kadastrale hulpkaart, oktober 1973 (sectie M-1174). De grote landbouwschuur is verdwenen.
Kadastrale veldwerkkaart, september 1987 (sectie P-501).