Bij de aanvang van het kadaster (anno 1832) werd dit perceel geregistreerd op legger 60 als sectie A-160 ten name van bakker Jan Hurink.

Fragment van oorspronkelijk kadastraal minuutplan anno 1832 (sectie A-160).

Legger 60/1: Sectie A-160. Huis en erf. Eigendom van bakker Jan Hurink en echtgenote Helena Scholten. Zij zijn op 14 juli 1802 getrouwd in Coevorden. In 1853 akte van rectificatie. Over op:
Legger 288/6: Eigendom van bakker Hermannus Hurink en echtgenote Hendrika Johanna van Munster. Zij zijn op 19 januari 1853 getrouwd te Stad Hardenberg. In 1862 verkoop. Over op:
Legger 520/1: Eigendom van meester-timmerman Bernardus Gerhardus Pot en echtgenote Martha Maria Swankhuisen. Zij zijn op 22 september 1859 getrouwd te Zwolle.

Notaris Willem Swam te Gramsbergen verleed op 12 mei 1862 een hypotheekakte op verzoek van timmerman Bernardus Gerhardus Pot. Deze verklaarde 500 gulden schuldig te zijn aan Johanna Santman, de weduwe van Gerrit Crull op den Belt te Venebrugge. Als onderpand voor de lening en de daarover verschuldigde rente verbond hij zijn woonhuis met grond en wheere, staande en gelegen te stad Hardenberg, sectie A-160 (aktenr. 2776).

In 1865 verkoop. Over op:
Legger 723/1: Eigendom van logementhouder Albert Heetderks van Munster en mede-eigenaar. In 1871 verkoop. Over op:
Legger 885/1: Eigendom van bakker Peter Makkinga en echtgenote Johanna Frederika Nijzink. Zij zijn op 21 mei 1870 getrouwd te Stad Hardenberg. Peter Makkinga overleed op 27 november 1874, op 32-jarige leeftijd.

Op 20 november 1877 begon notaris J.G. Troost met de eerste inzate van de openbare veiling van vastgoed op verzoek van weduwe Johanna Frederika Makkinga-Nijzink, als moeder en wettige voogdes over haar minderjarige kinderen Gerrit en Hendrik Makkinga. Het te veilen vastgoed betrof het huis en erf te stad Hardenberg, sectie A-160. Het werd ingezet door Klaas van ’t Holt voor 400 gulden. Kennelijk is het pand niet verkocht, want er volgde twee weken later geen ‘definitieve veiling’ (aktenr. 855).

Fragment van kadastrale minuutkaart, anno 1880 (sectie A-160).

In 1897 verkocht weduwe Johanna Frederika Makkinga-Nijzink het huis en erf. Over op:
Legger 1513/1: Eigendom van vleeschhouwer Liepman Leman en consorten. Hij trouwde op 17 augustus 1897 te Hasselt met Sientje Keizer. Huisnr. A-118.

Het Salland’s Volksblad van 20 november 1914 bevat deze advertentie:
Te huur: tegen 1 mei a.s., een net burgerwoonhuis, geschikt voor alle affaires, staande op den besten stand te Stad Hardenberg, naast het stadhuis. Inmiddels uit de hand te koop. Te bevragen bij L. Leman.

In 1915 inpandige verbouw en verandering van de woning A-119 aan de Ganzestraat. Over op:
Legger 1513/11: Huis en erf, huis en erf. In 1916 herbouw en splitsing. Over op legger 1513/13 en 1513/14.

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1916 (sectie A-2361 en A-2362).

Het Salland’s Volksblad van 8 februari 1924 bevat deze advertentie:
De ondergeteekenden maken bekend dat zij hun barbierszaak hebben verplaatst van de Achterstraat naar de Voorstraat in de woning van Leman, achter het stadhuis. Beleefd aanbevelend, gebr. Valkman.

Het Salland’s Volksblad van 13 januari 1928 bevat deze advertentie:
Te huur tegen 1 mei of eerder, een huis in de Voorstraat te Stad Hardenberg, waarin thans en eenige jaren een drukke barbierszaak wordt uitgeoefend. Te bevragen bij L. Leman te Hardenberg.

Op 31 januari 1928 opende coiffeur Berend Valkman zijn nieuwe kapperszaak in het van de familie Middendorp gehuurde perceel aan de Voorstraat naast de woning van dokter Kattenwinkel. Hij verliet toen het gehuurde pand van Leman naast het stadhuis.

In het Sallands Volksblad van 13 april 1928 werd deze advertentie afgedrukt:
Ondergeteekende maakt aan het geacht publiek van Hardenberg en omstreken bekend, dat hij zich aldaar heeft gevestigd als koopman in huiden, vellen, lompen en metalen en verder al wat handel is. Tevens houdt ik mij aanbevolen voor het afmaken van gestorven vee. Jacob Wallage, Voorstraat, naast het gemeentehuis te Stad Hardenberg.

Jacob Wallage vestigde zich inderdaad naast het stadhuis, zoals op onderstaande foto’s te zien is.

Uitsnede van bovenstaande foto, met het uithangbord van slager Wallage.

Kennelijk vond Wallage later zelf dat hij meer ‘achter’ het stadhuis woonde en werkte, want in oktober van datzelfde jaar liet hij in het Sallands Volksblad plaatsen:

De tijd komt aan! voor koehuiden, schaap- en geitevellen, bunsings, wezels, eekhoorns, hermelijnen, katten, haas en konijnenvellen enz. Voor dat alles ontvangt men hier de hoogste waarde. Jacob Wallage, achter ’t gemeentehuis Stad Hardenberg.

Jacob Wallage, afkomstig uit Groningse Onstwedde, was in 1928 (het jaar waarin hij zich vestigde te Hardenberg), gehuwd met Betje van Coevorden. Al in augustus 1929 verhuisde Jacob met zijn gezin naar Hoogeveen.

Fragment van kadastrale minuutkaart, anno 1932 (sectie A-2361 en A-2362).

Legger 1513/13: Nieuwe sectie A-2361. Huis en erf. In 1937 boedelscheiding. Over op legger 2836/3.
Legger 1513/14: Nieuwe sectie A-2362. Huis en erf. In 1937 boedelscheiding. Over op legger 2836/4.
Legger 2836/3: Sectie A-2361. Eigendom van slager Jacob Meuleman te Almelo en zwager slager David Leman te Glanerbrug. Huisnr. A-132 en A-133.

In 1943 werden de panden van de joodse slagers op grond van de Verordening op het joodsch grondbezit voor 2200 gulden verkocht aan garagehouder Derk ten Cate te Hardenberg.

In 1951 verkoop. Over op legger 2930/211.
Legger 2836/4: Sectie A-2362. Eigendom van idem. In 1951 verkoop. Over op legger 2930/212.
Legger 2930/211: Eigendom van de gemeente Hardenberg. In 1961 sloping.