Bij de aanvang van het kadaster (anno 1832) werd dit perceel geregistreerd op legger 48a als sectie A-76 (school), eigendom van de Israëlitische gemeente.

Fragment van oorspronkelijke minuutkaart, anno 1832 (sectie A-76).

Legger 48a/1: Sectie A-76. School. Eigendom van de Israëlitische gemeente. In 1853 publieke veiling. Over op:
Legger 432/1: Sectie A-76. School. Eigendom van schipper Hermannus Santman en echtgenote Taalke Koops. Zij zijn op 19 mei 1844 getrouwd te Neuenhaus.

Op 16 november 1858 verleed notaris Swam te Gramsbergen een hypotheekakte op verzoek van schipper en winkelier Hermannus Zandman. Deze verklaarde 600 gulden schuldig te zijn aan winkelier Jan Willem Boerrigter te Laar. Als onderpand voor de lening en de verschuldigde rente verbond hij o.a. zijn huis en erf aan de Voorstraat, sectie A-76 (aktenr. 2538).

In 1866 bijbouw. Over op legger 432/13 en 432/14.

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1866 (sectie A-1288 en A-1289).

Notaris Swam verleed op 4 mei 1867 een hypotheekakte op verzoek van schipper Hermannus Zandman. Deze verklaarde 700 gulden te hebben geleend van en schuldig te zijn aan landbouwer Frederik Gerrit Boerrigter te Laar. Als onderpand voor de terugbetaling van het geld en de daarover verschuldigde rente stelde hij zijn woonhuizen met grond en where, kadastraal bekend sectie A-76, A-77, A-78 en A-79 (aktenr. 3033).

Schipper en koopman Hermannus Santman overleed op 24 juni 1867.

Op 2 september 1867 liet weduwe Lea Santman-Borgers (ook genaamd: Taalke Koops) een boedelbeschrijving opstellen door notaris Swam uit Gramsbergen. Daaruit blijkt dat men in de winkel in koloniale waren o.a. pruimen, gort, rijst, suiker, cichorei, koffiebonen, zeep, soda, tabak, chocolade, vogelzaad, olie en azijn, aardewerk, thee- en waterpotten verkocht. De boedel was bezwaard met drie hypothecaire schuldvorderingen ad 2.000 gulden ten bate van Jan Willem en Gerrit Frederik Boerrigter te Laarwold (akten gepasseerd voor notaris Swam d.d. 6 mei 1856, 16 november 1858 en 4 mei 1867) (aktenr. 3044).

Op 22 oktober 1867 begon notaris Swam op verzoek van winkelierster Lea Borgers, weduwe van Hermannus Santman, met de eerste openbare veiling van het huis en erf in de Voorstraat te stad Hardenberg, kadastraal bekend sectie A-76 en A-77. Een week later, op 29 oktober, vond de definitieve veiling en toewijzing plaats. De weduwe Santman besloot dat het geboden bedrag te laag was. De verkoop ging niet door (aktenr. 3050 en 3051).

Legger 432/13: Nieuwe sectie A-1288. Huis en erf. In 1869 vereniging van artikelen. Over op legger 832/12.
Legger 432/14: Nieuwe sectie A-1289. Huis en erf. In 1869 vereniging van artikelen. Over op legger 832/13.
Legger 832/12: Sectie A-1288. Huis en erf. Eigendom van winkelierster Taalke Koops (ook genaamd Lea Borgers), weduwe van Hermannus Santman. In 1874 successie. Over op legger 962/12.
Legger 832/13: Sectie A-1289. Huis en erf. Eigendom van idem. In 1874 successie. Over op legger 962/13.
Legger 962/12: Sectie A-1288. Huis en erf. Eigendom van Ettina Santman, echtgenote van klompenmaker en winkelier Roelof Snijders. Huisnr. A-63. In 1876 verkoop. Over op legger 1012/1.
Legger 962/13: Sectie A-1289. Huis en erf. Eigendom van idem. Huisnr. A-64. In 1876 verkoop. Over op legger 1012/2.

Op 23 november 1875 begon notaris J.G. Troost met de openbare verkoop van onroerend goed, op verzoek van:
1. klompenmaker Roelof Snijders, weduwnaar van Ettina Santman, als gemachtigde van Herman Wilhelm Weitkamp, Hendrik Jan Middendorp en Willem Goselink, als toeziende voogden over de minderjarige Gerrit Willem Santman, gesproten uit het huwelijk van wijlen Hermannes Santman en Lea Borgers
2. schipper Hendrik Jan Santman als voogd over de minderjarige
3. landbouwer Lucas Bieleveld, weduwnaar van Johanna Santman.
Het betrof o.a. de verkoop van het dubbele woonhuis op sectie A-1288 en A-1289. Deze waren voor het grootste gedeelte afkomstig uit de nalatenschappen van wijlen Hermannes Santman en Lea Borgers (ook genaamd Talea Koops). Requirant Roelof Snijders behoorde het 7/16e deel toe, net als de minderjarige Gerrit Willem Santman en requirant Lucas Bieleveld voor 1/8e gedeelte. Veertien dagen later, bij de definitieve toewijzing, werd alles in massa gekocht voor 3500 gulden door koopman Emanuel de Bruin te stad Hardenberg. Daarop verklaarde hij het tweede perceel voor 1018 gulden te hebben gekocht in opdracht van het kerkbestuur der Israëlitische gemeente, waarvoor verschenen president Abraham Lobstein en secretaris Levi Mozes Polak (aktenr. 441).

Fragment van aanvullende minuutkaart, anno 1881 (sectie A-1288 en A-1289).

Legger 1012/1: Sectie A-1288. Huis en erf. Huisnr. A-63. Eigendom van het kerkbestuur der Israëlitische gemeente te Stad Hardenberg.

Notaris De Meyier verleed op 1 mei 1879 een hypotheekakte, op verzoek van de kooplieden David Meijer Bromet, Samuel Joles Bromet en Levi Mozes Polak, als het kerkbestuur van de Israëlitische gemeente te Hardenberg. Zij verklaarden 700 gulden te hebben geleend van de schoenmakers Jan Hendrik ten Brinke en Berend Jan ten Brinke en landbouwer Gerrit Willem ten Brinke. Als onderpand voor de lening stelden ze een huis voor twee woningen ingerigt met erf in sectie A nrs. 1288 en 1289 (aktenr. 102).

In 1900 verkoop. Over op legger 1440/3.
Legger 1012/2: Sectie A-1289. Huis en erf. Huisnr. A-64. Eigendom van idem. In 1900 verkoop. Over op legger 1440/4.
Legger 1440/3: Sectie A-1288. Huis en erf. Eigendom van bakker Evert Hemke en echtgenote Dina Pot. Zij zijn op 20 juli 1894 getrouwd te Stad Hardenberg. In 1901 vereniging van percelen. Over op legger 1440/5.
Legger 1440/4: Sectie A-1289. Huis en erf. Eigendom van idem. In 1901 vereniging van percelen. Over op legger 1440/6.
Legger 1440/5: Sectie A-1288. Huis en erf. In 1902 herbouw, stichting en vereniging met perceel sectie A-1289. Over op legger 1440/7.
Legger 1440/6: Sectie A-1289. Huis en erf. In 1902 herbouw en vereniging met perceel sectie A-1288. Over op legger 1440/7.

Kadastrale hulpkaart, anno 1901 (sectie A-1731).

Legger 1440/7: Nieuwe sectie A-1731. Huis, schuur en erf. In 1905 bijbouw. Over op:

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1905 (sectie A-1731).

Legger 1440/11: In 1915 bijbouw. Over op:

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1915 (sectie A-2352).

Legger 1440/17: Nieuwe sectie A-2352. Huis, schuur en erf. In 1919 overboeking. Over op legger 2233/1.

Volgens het Handelsregister van de Kamer van Koophandel liet Roel’f Bosch zich in november 1919 als huisschilder en winkelier registreren, wonende in de Voorstraat A-55). Hij was geboren in Zwolle op 5 maart 1897.

Legger 2233/1: Sectie A-2352. Huis, schuur en erf. Eigendom van schilder Roelof of Roel’f Bosch. In 1920 verkoop. Over op:
Legger 2220/1: Nieuwe sectie A-2409. Huis en erf. Eigendom van schilder en winkelier Roelof Bosch. In 1920 splitsing. Over op:
Legger 2220/2: In 1923 gedeeltelijke vernieuwing. Over op:

Het Salland’s Volksblad van 23 maart 1923 bevat deze advertentie:
Zaterdagavond opening van den nieuwen winkel van Roel’f Bosch. Het adres voor behangselpapieren en eigen bereide verf in bussen. Oosteinde.


Legger 2220/3: In 1926 verleende de gemeente Stad Hardenberg vergunning voor sloop en herbouw van een woon-/winkelhuis aan ’t Oostereinde. Over op:

Briefhoofd, anno 1929.
Fragment van kadastrale minuutkaart, anno 1932 (sectie A-2409).

Legger 2220/4: In 1933 sloop en herbouw. Over op:
Legger 2220/7: In 1934 bijbouw en vereniging. Over op:

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1934.

Legger 2220/8: Nieuwe sectie A-2734. Huis en erf. In 1937 verleende de gemeente Stad Hardenberg vergunning voor de verbouw van het woon-/winkelhuis, en vereniging. Over op:
Legger 2220/13: Sectie A-2734. Gedeelte huis en erf.

De zaak werd m.i.v. 1 oktober 1942 omgezet in een V.O.F. (van Roel’f Bosch en Gerrit Bosch). De zaak bleef echter gedreven worden onder de naam Roel’f Bosch.

In 1951 verbouw en vereniging (samengevoegd met het naastgelegen perceel sectie A-2353). Over op:

Kadastrale hulpkaart, anno 1951 (sectie A-3140).

Legger 2220/16: Nieuwe sectie A-3140. Huis en erf. In 1960 gedeeltelijke vernieuwing. Over op:

De grote winkel in huishoudelijke artikelen van Roel’f Bosch aan ’t Oosteinde (Fotograaf: ds. E.J. Loor te Heemse).

Legger 2220/19: In 1963 boedelscheiding. Over op:
Legger 3741/1: Sectie A-3140. Huis en erf. Eigendom van winkelier Gerrit Bosch en mede-eigenaar winkelier Roelf Bosch. Oosteinde 14. In 1971 verkoop. Over op:
Legger 4131/1: Sectie A-3140. Eigendom van adviseur A.J.W. Schuite. In 1971 verbouw tot horecabestemming. In dat jaar begon de Tiffany Bar die al na een jaar werd opgevolgd door Ostara, terwijl in 1974/1975 de Papillon Bar er zich vestigde. Over op:
Legger 4131/3: In 1973 verkoop. Over op:
Legger 3435/10: Sectie A-3140. Huis en erf. Eigendom van hotelhouder, caféhouder en restauranthouder Jan Nijhoving.

De directe omgeving op het Oosteinde ervoer de aanwezigheid van de bars en het barbezoek rond 1980 als hinderlijke overlast en na voor Hardenberg nogal heftige tonelen sloot de Papillonbar in 1982. Vanaf 14 april 1983 had Herman Schalen er zijn zaak voor radio, televisie en elektrotechniek, later voortgezet onder de vlag van ECN (1989). Megapool (1989) en vanaf 2004 onder de naam EP Back Electronics.

Het pand Oosteinde 14a werd in 1983 afgesplitst van nummer 14 en bood onderdak aan Decorette, een zaak voor verf en behang van het schildersbedrijf Dopmeyer. Al in 1984 werden er vanaf 10 mei bloemen verkocht door Florado, die vanaf 22 augustus 1985 werd opgevolgd door bloemenzaak De Wanne, totdat op 1 februari 1993 de sluiting werd aangekondigd. Van 10 juni 1993 tot begin 1994 was hier Fair Play Sport, een speciaalzaak voor sportschoenen en sportkleding gevestigd. Op 16 maart 1994 opende Intersport Jack Hutten, terwijl naderhand er Reinders Mode was gevestigd die in maart 2005 werd voortgezet onder de naam Tuunte Fashion. Toen die in 2008 vertrok naar de nieuwe markt, kwam hier vanaf 24 april 2008 Loesig, Cadeau & Interieur (bron: 100 jaar Handelsvereniging Hardenberg; K. Oosterkamp, 2009).