Verwalter schout G.J. Crull verleed op 16 februari 1793 een hypotheekakte op verzoek van Lucas Alberts, woonachtig op ’t erve Roelofs te Holtheme, en diens huisvrouw Geertien Evers. Zij verklaarden een capitale summa van 2300 gulden schuldig te zijn aan de erfgenamen van Margaretha van Munster, in leven huisvrouwe van Aalderd de Munnik. Tot onderpand voor het geleende bedrag stelden zij hun comparanten woonhuis en schuur met de daarbij in zijn bekende grootte en bepalinge gelegen gaarden, de daarbij gelegen koeweide, drie mudden zaailand c.s.

Op 4 april 1820 hanteerde notaris Antoni van Riemsdijk de veilinghamer op verzoek van Albert Roelofs, schoolonderwijzer te Lutten, wonende te Holtheme. Albert was gevolmachtigd door zijn zwager Jan Roelofs (geboren Hultink) die op dat moment geconfineerd (gevangen) zat in het Provinciale Tuchthuis te Zwolle. Jan Roelofs (geboren Hultink) was sinds 25 april 1801 getrouwd met Hendrika Roelofs. De veiling van de katerstede het Roelofs te Holtheme, bestaande uit deszelfs behuizinge numero 3, met grond en wheere en daartoe gehorende begraafplaats op het kerkhoff te Hardenbergh en een-vierde whaardeel in de gemene marke van Holtheme en Den Velde, werd die dag wel gehouden, maar niet gegund omdat de verkopers vonden dat het geboden bedrag te laag was (aktenr. 144, scan 79).

Notaris Antoni van Riemsdijk registreerde op 28 mei 1822 de akte betreffende de eerste veiling (inzate) van een aantal onroerende goederen in Holtheme. Ze werden geveild in opdracht van Jan Roelofs en echtgenote Hendrika Roelofs. De eerste kavel betrof een woonhuis met grond en wheere, met de daartoe behorende begraafplaats op het kerkhof te Hardenberg, staande en gelegen te Holtheme onder numero 3, hebbende ten oosten de publieke weg en ten noorden de landen van Albert Ekenhorst, met een-vierde whaardeel in de marke van Holtheme en Den Velde (aktenr. 201, scan 155). Een week later, op 4 juni, vond de definitieve veiling en toewijzing plaats. In de toen gehouden gecombineerde veiling van meerdere kavels werd het hoogste bod ad 1100 gulden uitgebracht door Jan Hendriks Roelofs (aktenr. 202, scan 153).

De kopers waren Jan Roelofs en Gezina Alberta Meilink. Zij waren op 8 juni 1816 getrouwd te Gramsbergen.

In 1832 was het huis en erf eigendom van landbouwer Jan Roelofs Hzn. We vinden het erf gesitueerd op ‘de Noord Esch’ in sectie D no. 803 op legger nr. 375.

Fragment van oorspronkelijke minuutkaart, anno 1832.

375/19: Huis en erf. Sectie D-803. In 1861 verkoop. Over op:
1310/16: Eigendom van Berend Harmen Meilink, schoolonderwijzer te Holtheme, weduwnaar van Diderika Scholten (zie register van overschrijving, deel 17 nr. 561). In 1866 boedelscheiding. Over op:
577/15: Eigendom van Berend Harmen Meilink en zoon Egbert Meilink (zie register van overschrijving hypotheken, deel 21 nr. 1005). Huis en erf op de zgn. Noordesch. Later eigendom van zoon Egbert Meilink en mede-eigenaren. Huisnr. E-1. In 1877 aanvaarding. Over op:
2175/14: Eigendom van Egbert Meilink en echtgenote Jennegien Meilink (zie register van overschrijving, deel 271, nr. 75). Zij waren op 10 mei 1872 getrouwd te Gramsbergen. In 1877 bijbouw. Over op:

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1877.

2175/33: Nieuwe sectie D-1928. Huis, schuur en erf. Huisnr. E-1. In 1885 stichting. Jennegien Meilink-Meilink overleed op 41-jarige leeftijd in 1888, waarna Egbert Meilink op 17 januari 1890 hertrouwde met Jennegiens jongere zusje Aaltjen Meilink. De eigendom ging vervolgens over op de twee dochters uit Egberts eerste huwelijk: Lubbegien (getrouwd met Gerrit Meilink) en Dederika (getrouwd met Hendrik Jan Roelofs). Over op:
2175/36: In 1905 sloop en stichting. Over op:
2175/45: Huis, schuren, kookhuis. In 1906 stichting en vereniging van percelen. Over op:

Fragment van kadastrale hulpkaart, anno 1906.

2175/46: Nieuwe sectie D-2430. In 1918 boedelscheiding. Over op:
3645/37: Eigendom van Lubbegien Meilink en Gerrit Meilink. Zij waren getrouwd op 9 mei 1901 te Gramsbergen. In 1943 boedelscheiding. Over op:
5073/10: Eigendom van Jan Meilink (geb. 09-01-1914) (zie register van overschrijving hypotheken, deel 894, nr. 98). In 1954 bijbouw. Over op:
5073/20: In 1960 gedeeltelijke vernieuwing. Over op:
5073/22: In 1965 successie. Over op:
5729/18: Eigendom van Jan Meilink en echtgenote Hilligjen Waterink (zie register van overschrijving hypotheken, deel 1055, nr. 17). Huisnr. E-1. In 1978 boedelscheiding. Over op:
7160/10: Eigendom van Evert Gerrit Meilink (de ene helft) en Hilligjen Meilink-Waterink (de andere helft). In 1978 ingebracht aan maatschap. Over op:
7162/10: In 1980 opgenomen in de ruilverkaveling.