Toen, op 19 maart 1890: burgemeester Van Dijck overleden.

Op 19 maart 1890 overleed Godewien Arnold van Dijck in Heemse. Hij was burgemeester en gemeentesecretaris van de gemeente Ambt Hardenberg.

Van Dijck was in 1872 in het Groningse Zuidhorn getrouwd met Hendrika Heeres. Op dat moment diende hij als eerste luitenant der infanterie bij het Oost-Indisch leger.

Voordat Van Dijck bij koninklijk besluit van 24 juli 1885 werd benoemd tot burgervader van Ambt Hardenberg bekleedde hij van 1879 tot 1885 eenzelfde functie in de gemeente Borne. Daar is later de Van Dijckstraat naar hem vernoemd.

Dedemsvaartsche courant:19 maart, Ambt Hardenberg:
In den afgeloopen nacht overleed plotseling de heer G.A. van Dijck, burgemeester en secretaris dezer gemeente. Ruim 3½ jaar werd dit tweeledig ambt door hem met de meeste toewijding bekleed, in weerwil van zijn zwakken gezondheidstoestand. Veel heeft onze gemeente aan de kennis, onverdroten ijver en doortastendheid van den waardigen man te danken. Is zijn verscheiden op 52-jarigen leeftijd een onherstelbare slag voor zijn gezin, ook de gemeente Ambt-Hardenberg, wier belangen hij met zooveel nauwgezetheid behartigde, wordt door deze droevige gebeurtenis zwaar getroffen.
Nog kort voor zijn overlijden beijverde hij zich als bestuurslid van ‘het Spoorweg-comité’ voor de aanleg van een lokaalspoorverbinding.


Toen, op 28 juli 1911: gedood door de bliksem.

0728_Hutten_Johanna2

Het Salland’s Volksblad van 4 augustus 1911 meldde:
“Vrijdagavond den 28 julij, ongeveer 9 uur, woedde er boven deze streek een nogal hevig onweder. Te Ebbenbroek sloeg de bliksem in de woning van den landbouwer A. op de Haar met het treurige gevolg dat zijn vrouw werd getroffen en oogenblikkelijk op de plaats dood bleef, terwijl vader en zoon in min of meer bewusteloozen toestand neervielen. Gelukkig dat de jonge vrouw nog de tegenwoordigheid van geest had, nadat ze haar kind buiten het brandende perceel had gebracht, ook haar moeder, vader en man uit de woning te brengen. Hoewel de buren reeds tijdig ter hulpe waren gesneld, was aan redden niet te denken. Het hoornvee kwam grootendeels in de vlammen om, alsmede een paard en eenige varkens. De schuur, waarin het hooi was geborgen, bleef gespaard. Huis, inboedel en vee waren verzekerd. Een ernstig verlies voor dit gezin, vooral daar hier een menschenleven te betreuren valt”.

Het dodelijk slachtoffer betrof Johanna Hutten. Zij was geboren op 24 december 1852 in Ane en stierf als gevolg van de bliksem op 28 juli 1911 te Ebbenbroek. Ze was op 25 november 1875 in Gramsbergen gehuwd met Albert op de Haar uit Uelsen. Johanna werd op 9 augustus begraven op het oude kerkhof Nijenstede in Hardenberg.

0728_Hutten_Johanna
Inschrijving in het grafregister.

Toen, op 21 augustus 1923: schoolmeester Boerrigter plotseling overleden.

0824_Boerrigter
Hier rust Johann Friedrich Boerrigter
geb. 16 maart 1902 te Baalder
overl. 21 aug. 1923 te Dedemsvaart
in leven onderwijzer te Hoogenweg
Jes. 55:8-9.


In het Salland’s Volksblad van 24 augustus 1923 verscheen het volgende bericht:
Hardenberg. Dinsdagmiddag ging de heer Boerrigter (Johann Friedrich, 21 jaar oud), onderwijzer aan de school te Den Hoogenweg met een vriend van hem naar Dedemsvaart, ter bijwoning van de oefening van den aldaar bestaande korfbalclub. Nadat ook hij eenige malen den bal geworpen had, viel hij plotseling achterover. De spelers meenden dat hij bewusteloos was gevallen, en trachtten hem weer bij te brengen, maar niets baatte. De ontboden geneesheer kon slechts den dood constateren. Per auto is het lijk des avonds naar de ouderlijke woning in Baalder vervoerd. Men kan zich de ontsteltenis dezer ouders voorstellen! Naar we vernemen was de heer B. lijdende aan een hartkwaal.
Zie voor meer info: grafstenen.


Toen, op 24 januari 1780: graaf van Rechteren overleden.

Het portret is mogelijk van de jonge Reinhard van Rechteren. Het is met olieverf geschilderd op een paneeltje van 40,5 x 33,5 cm door P. Boeckers in 1715. Reinhard moet dan circa 13 jaar geweest zijn.

De Groninger Courant van 27 januari 1780 meldde:
“‘s-Gravenhage den 25 januarij. Gisteren avond is alhier in den ouderdom van omtrent 78 jaaren overleeden de Hooggeboren Heer Reinhard Burchard Rutgher des H.R.R. Grave van Rechteren, Vrijheer van Gramsbergen; beschreven in de Ridderschap en Edelen der Quartiers van Zalland, provincie Overijssel en wegens dezelve (na alvorens in verscheidene andere Hooge Vergaderingen of Collegien zitting gehad te hebben) Gedeputeerde ter Generaliteits Rekenkamer, Hoogschout over de Stad en Meijerije van ’s Hertogenbosch & &.”

Reinhard was in 1702 geboren op Huis Almelo en werd vanaf 1727 ‘verschreven’ (toegelaten tot) in de Ridderschap van Overijssel, vanwege zijn aankoop van de havezate en het Huis Gramsbergen. Van 1 mei 1728 tot 30 april 1747 was hij gedeputeerde-ordinaris in de Staten-Generaal der Verenigde Nederlandse Provinciën (kamerlid). In 1760 en 1761 was hij lid van de Gedeputeerde Staten van Overijssel. Verder was hij nog ‘dingwaarder’ en luitenant-stadhouder in de lenen van Overijssel (1773-1770), gecommitteerde ter Generaliteitsrekenkamer (1779-1780) en hoogschout van de stad en meierij van ’s Hertogenbosch (1733-1780).

In 1733 was de edelman in Den Haag gehuwd met Maria Louisa van den Boetzelaer.


Toen, op 25 februari 1798: Barend van Borne overleden.

Op 25 februari 1798 – in het 4e jaar der Bataafsche Vrijheid – vandaag precies 223 jaar geleden, overleed de oud-burgemeester van Hardenberg, Barend van Borne, op ruim 80-jarige leeftijd. In de Amsterdamsche courant van 3 maart werd deze rouwadvertentie geplaatst door Anna Catharina Christina Stolte, de weduwe van Jacobus van Riemsdijk.