Het huisje naast het stadhuis werd afgebroken. Dit perceel werd later gebruikt om het stadhuis uit te breiden.

Het Salland’s Volksblad van 21 oktober 1910 bevatte deze advertentie:
“Notaris Stuart te Heemse zal voor het gemeentebestuur van Stad Hardenberg donderdag 3 november ’s middags om 12 uur in het Hotel Oosthout aldaar publiek verkoopen voor afbraak: het huis afkomstig van de weduwe Van ’t Holt, staande naast het gemeentehuis te Stad Hardenberg.”

Op zich zal deze advertentie de lezer anno 2015 misschien nog weinig zeggen. Echter, het huisje van Van ’t Holt dat voor afbraak werd geveild, stond pal naast het oude stadhuis. De gemeente had het pandje het jaar ervoor opgekocht en besloot nu tot de afbraak. Daardoor kwam een terrein vrij dat geschikt was voor de uitbreiding van het toen al veel te kleine stadhuis van Stad Hardenberg.

Het braakliggende stuk grond, waar eerder het huisje van Van ’t Holt stond.

In ons recent verschenen boek ‘Hardenberg op de kaart’, wordt op pagina’s 114 t/m 117 nader ingegaan op deze geschiedenis. Op de alleroudste prentbriefkaarten, van rond de vorige eeuwwisseling, is het huisje van Van ’t Holt nog te zien. Het was een boerderijtje, want op de bovenverdieping is nog goed een hooiluik te zien. Bij de veiling ging het pandje voor 110 gulden over in handen van J.H. Pullen die verplicht was het daarvoor af te breken. De plannen tot verbouw en uitbreiding van het stadhuis zouden echter in de ‘ijskast’ worden gezet. Het duurde nog tot 1938 voordat ze konden worden gerealiseerd.

Overigens, de veiling werd gehouden in Hotel Oosthout. Dat hotel was de opvolger van het vermaarde Hotel Van Munster, gelegen aan de noordzijde van de Voorstraat. Ook de geschiedenis van dat pand is opgenomen in ‘Hardenberg op de kaart’.
Op de eerste oude prentbriefkaarten is het pandje van Van ’t Holt goed te zien, gelegen naast het stadhuis. Op de andere kaart zien we enkel nog een braakliggend perceel op die plek.