1116_Huize_Heemse

Op 16 november 1868 vond de openbare aanbesteding plaats van de afbraak van het Huis Heemse. Na het overlijden van de eigenaar, de vroegere commissaris van de koning mr. Isaac Antonie van Roijen, besloten zijn erfgenamen dat het pand moest worden afgebroken. Een van die erfgenamen was Hendricus Nicolaus van Roijen, de burgemeester van Ambt Hardenberg die het pand als laatste bewoonde. Hij had het jaar ervoor een nieuwe woning laten bouwen, namelijk de villa Nijenstede in Heemse. Kennelijk was het opknappen van het oude herenhuis op de havezate Heemse te kostbaar en gingen kosten voor de baat. Afbraak was de enige optie. Daarmee kwam formeel een einde aan de geschiedenis van de oude havezate Heemse.

De advertentie luidde:
“Het afbreken van het kapitaal Heerenhuis Heemse, staande te Heemse, gemeente Ambt Hardenberg. Bestek en voorwaarden, waarnaar deze aanbesteding zal plaats hebben, zal ter lezing liggen bij den logementhouder A.H. van Munster te Hardenberg, terwijl informatiĆ«n te bekomen zijn bij den heer J. van der Sanden te Ambt Hardenberg, en aanwijzing zal worden gedaan den derden en tienden nov. e.k., telkens des voormiddags van 10 tot 12 uur. De inschrijvingsbiljetten moeten vrachtvrij voor den 16 nov. e.k. worden ingezonden aan den weled. gestr. heer mr. J.H. van Roijen, advocaat en notaris te Zwolle, ten wiens kantore des ’s morgens te 9 uur tot het openen derzelve zal worden overgegaan. Ambt Hardenberg, 27 oct. 1868”.